VORM, textuur en structuur klas 3

VORM, TEXTUUR & STRUCTUUR
1 / 13
next
Slide 1: Slide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

VORM, TEXTUUR & STRUCTUUR

Slide 1 - Slide

Je ziet hier een vormcontrast tussen een organische en geometrische vorm.
Wat is een vormcontrast?
A
Meerdere vormen op een blad
B
Als je verschillende vormen gebruikt
C
Een tegenstelling in vormsoorten
D
Geen van de andere antwoorden

Slide 2 - Quiz

geometrisch
organisch

Slide 3 - Drag question

Slide 4 - Slide

Een ander woord voor stileren is...
A
abstraheren
B
vereenvoudigen
C
kleien
D
boetseren

Slide 5 - Quiz

Piet Mondriaan

Slide 6 - Slide

Welk begrip is van toepassing op de afbeelding?
A
Figuratief
B
Stileren
C
Abstraheren
D
Stijlciteren

Slide 7 - Quiz

Abstract
Figuratief
Geometrisch vorm
Organische vorm

Slide 8 - Drag question


Welke vormcontrasten zien we hier?
A
Links: geometrisch-organisch Rechts: Figuratief en geabstraheerd.
B
Links: figuratief en geabstraheerd Rechts: Ruimtelijke en platte vorm
C
Links: geabstraheerd-abstract Rechts: Open en gesloten.
D
Links: 2D en 3D, Rechts: organisch en geometrisch.

Slide 9 - Quiz


Wat is het verschil tussen
STRUCTUUR en TEXTUUR?

Slide 10 - Open question

Benoem verschillende texturen in het gezicht

Slide 11 - Open question

Wat is de beste beschrijving van structuur?
A
Mooi getekende lijnen
B
Herhaling van vormen en lijnen
C
Steeds hetzelfde streepje
D
een portret

Slide 12 - Quiz

Er is hier sprake van
A
structuur
B
textuur

Slide 13 - Quiz