This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Raadsels
Slide 1 - Slide
Een man staat voor het schilderij van een man, en zegt het volgende: "ik heb geen broers en zussen. Maar de vader van deze man is mijn vaders zoon". Wie staat er op het schilderij?
A
Zijn vader
B
Hijzelf
C
Zijn zoon
D
Zijn opa
Slide 2 - Quiz
Op een munt staat 586 v.C. (voor Christus), hoe oud is deze munt?
Slide 3 - Open question
Een vliegtuig stort neer precies op de grens van China en Rusland. Waar worden de overlevenden begraven?
Slide 4 - Open question
Een auto rijdt met 120 km per uur de bocht in. Welke banden verslijten het minst?
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Open question
Er staan 50 mensen onder één paraplu en ze worden niet nat. Hoe kan dat?
Slide 7 - Open question
Los de rebus op.
Het antwoord kun je schrijven op de volgende pagina
Slide 8 - Slide
Als je het antwoord weet, mag je het hieronder invullen
Slide 9 - Open question
Het baasje van Bobo heeft 4 honden, Fikkie, Flappie en Fiffie. Hoe heet de vierde hond?
Slide 10 - Open question
Wat komt één keer voor in juni, één keer voor in juli en drie keer voor in augustus?
Slide 11 - Open question
Welke ezels hebben aan drie poten genoeg?
Slide 12 - Open question
Het is donker in mijn slaapkamer, en ik wil twee sokken met dezelfde kleur hebben uit mijn la, waarin 24 rode en 24 blauwe sokken zitten. Hoeveel sokken moet ik uit de la halen om minimaal twee sokken van dezelfde kleur te hebben?
A
2
B
3
C
24
D
25
Slide 13 - Quiz
5 koks doen er 5 minuten over om 5 taarten maken? Hoeveel minuten doen 100 koks er dan over om 100 taarten te maken?
Slide 14 - Open question
In een straat staan 100 huizen, welke zijn genummerd van 1 tot 100. Hoeveel negens staan er in totaal in al deze nummers?
A
10
B
11
C
19
D
20
Slide 15 - Quiz
Van welk woord zijn hier de medeklnikers weggelaten? .a.a.a.a.aa.
Slide 16 - Open question
Welk cijfer moet de volgende zijn in onderstaande reeks 2 - 5 - 11 - 23 - ...
Slide 17 - Open question
Welk woord wordt kleiner als je er twee letters aan toevoegt?