k1a Taal-woordsoorten les 3 - bijvoeglijk naamwoord en voorzetsel
TAAL - WOORDSOORTEN K1A
LES 3 - BIJVOEGLIJK NAAMWOORD EN VOORZETSEL
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1
This lesson contains 11 slides, with text slides.
Items in this lesson
TAAL - WOORDSOORTEN K1A
LES 3 - BIJVOEGLIJK NAAMWOORD EN VOORZETSEL
Slide 1 - Slide
PRESENTIE OF ABSENTIE
Bend'r?
Slide 2 - Slide
LESOVERZICHT
Huiswerk- en materiaalcheck.
Lesdoel.
Instructie en check.
Verwerking.
Afsluiting.
Volgende les.
Slide 3 - Slide
HUISWERK- EN MATERIAALCHECK
Huiswerk: Werkblad 'woordsoorten (3)'
Materialen: Schrift NE/TA voor antwoorden werkblad.
Slide 4 - Slide
LESDOEL(EN)
Ik kan bijvoeglijke naamwoorden en voorzetsels herkennen.
Slide 5 - Slide
BIJVOEGLIJK NAAMWOORD
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord.
De felle lamp van lieve Imke brandt dag en nacht. Gisteren liep er een dikkebuffel door de mooiekamer van knappeWessel. Over een ruimeweek vieren we een dikkefissa.
Slide 6 - Slide
VOORZETSEL
Zegt iets over de plaats, richting of tijd. ‘Kastwoorden’ Tijdens de Kerstvakantie snowboardde Saartje tegen een boom. Mats verstopt zich onder het bureau. Kay ging met zijn vriendin Rita naar Eindhoven en liep daar op de brug.
Slide 7 - Slide
CHECK
Schrijf de bijvoeglijk naamwoorden en voorzetsels op:
bvn: ....
vz: ....
Lieve Sarah zit op haar mooie stoel.
Slide 8 - Slide
VERWERKING
Volgende blad in 'leswerk'.
Werk op de volgende manier:
4. bvn: ruime, aardige
vz: broek, docent
Klaar? Laten nakijken door docent en extra oefenen via NUMO.
Slide 9 - Slide
VOLGENDE LES
Huiswerk: Werkblad woordsoorten (5) via Teams 2022 k1a ta -> Kanaal 'Grammatica - woordsoorten' -> Bestanden -> Lesmateriaal -> Huiswerk.
Antwoorden in schrift NE, werk op dezelfde manier als je tijdens de les hebt gedaan.