Het juiste antwoord is antwoord A. Als je begint met jongleren, zul je beginnen met de basistechniek. Hierbij gooi je steeds met een wisselende hand een bal in de lucht: links, rechts, links, rechts, etc. De ballen worden altijd in dezelfde volgorde opgegooid en zijn even lang in de lucht. Dit heet het basispatroon. De 3 ballen wisselen hierbij steeds van hand. Je gooit ze als het ware over van de ene naar de andere hand. De ballen kruisen elkaar in de lucht.
Bij 4 ballen is dat niet het geval. Je begint dan met 2 ballen links en 2 ballen rechts en de ballen blijven altijd in dezelfde hand. Je jongleert dan dus met 2 ballen in je linkerhand en 2 ballen in je rechterhand. Hetzelfde verschil bestaat tussen jongleren met 5 en met 6 ballen. Bij een even aantal ballen wisselen de ballen nooit van hand. Bij een oneven aantal juist wel!