H3 Ben jij ondernemer

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Check-in

Welkom -  ga naar LessonUp

Wat gaan we doen?

Herhaling 

3.1

3.2

3.3

3.4

Je koopt een auto van 35.000. De auto gaat 5 jaar mee. De restwaarde is dan 5.000 euro. Bereken de afschrijving per jaar.

Welk van deze woorden zijn productie factoren?

1. Natuur
2. Arbeid
3. Kapitaal
4. Ondernemerschap

Hoe zorg je ervoor dat je een goed resultaat voor je PTA behaald?

De inkoopprijs van een paar schoenen is 220 euro. De brutowinstmarge is 60% en de BTW is 21%. Bereken de consumentenprijs. (denk om de komma en het euro teken.)

In een jaar produceert een fabriek 144.000 auto's. Er werken 300 mensen. Bereken de arbeidsproductiviteit per werknemers per maand.

De vaste kosten zijn 5,4 miljoen per jaar, de variabel 2 miljoen. De jaarproductie is 2.000.000 boeken. Bereken de kostprijs per hoesje

Sleep de begrippen naar de juiste plaats

-

-

Inkoopwaarde omzet

Brutowinst

Nettoresultaat

Omzet

Bedrijfskosten

Maak de berekeningen compleet.
Schuif de woorden recht omhoog. 

×

1

2

=

omzet

+

=

omzet

nettoresultaat

verkoopprijs

inkoopprijs

inkoopwaarde omzet

afzet

brutowinst

Verkoopprijs is 100 euro, de afzet is 20.000. Bereken de omzet

Verkoopprijs is 100 euro, de inkoopprijs is 50 euro, de afzet is 20.000. Bereken de inkoopwaarde

Verkoopprijs 100 euro, afzet 20.000, inkoopprijs 50 euro, bedrijfskosten 500.000 euro. Bereken de nettowinst

De evenwichtshoeveelheid is:

1. 60
2. 30
3. 6
4. 12

Wat is hier de evenwichtsprijs?

1. €6
2. €50
3. €150
4. €300

Wat is hier de evenwichtshoeveelheid?

1. 6
2. 50
3. 150
4. 300

De evenwichtshoeveelheid is

1. 60
2. 30
3. 6
4. 12

De aanbodlijn is een ...

1. dalende lijn
2. stijgende lijn
3. horizontale lijn

De aanbodlijn van koffie is als volgt. Door droogte worden er minder koffiebonen geoogst.
Wat gebeurt er met de aanbodlijn?

1. De aanbodlijn gaat naar links
2. De aanbodlijn gaat naar rechts
3. De aanbodlijn verandert niet

De vraaglijn is:

1. dalend
2. stijgend
3. verticaal
4. horizontaal

De vraaglijn van een product is als volgt. Het inkomen van de vragers stijgt.
Wat gebeurt er met de vraaglijn?

1. De vraaglijn gaat naar links
2. De vraaglijn gaat naar rechts
3. De vraaglijn gaat omlaag
4. De vraaglijn gaat omhoog

Minimumprijs 

- Er ontstaat een aanbodoverschot

 

- De overheid heeft hierdoor kosten omdat er een aanbodoverschot is en de overheid koopt dit overschot voor de minimumprijs op.

- Een minimumprijs wordt voornamelijk in de landbouwindustrie gebruikt door de overheid.

- Consumentensurplus en producenten surplus verandert. 

minimumprijs, landbouw

Maximumprijs

Maximumprijs wordt ingesteld door de overheid om de consument te beschermen tegen te hoge prijzen.

Door het instellen van een maximumprijs zullen de winsten van de aanbieders dalen.

Door het instellen van een maximumprijs is de vraag naar een product groter dan het aanbod. Er ontstaat een vraagoverschot.

maximumprijs

Als er veel vraag is..

1. daalt de prijs
2. stijgt de prijs

Als er veel aanbod is..

1. daalt de prijs
2. stijgt de prijs

Als er weinig vraag is..

1. daalt de prijs
2. stijgt de prijs

Als er weinig aanbod is..

1. daalt de prijs
2. stijgt de prijs

Wanneer is een markt transparant

Wat betekent vrije marktwerking?

Waarom stelt de overheid maximumprijzen in? Geef een voorbeeld

Leerdoelen waren voor mij duidelijk.

😒🙁😐🙂😃