This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Latijn 3
les 37 af check
spullen bij de hand
Slide 1 - Slide
Eerst over het laatste stuk,
daarna over hele tekst.
Slide 2 - Slide
Welke uitspraak is waar over r32 alea en cornu?
A
alea is nom,
cornu is abl
B
alea is nom,
cornu is acc
C
alea is abl,
cornu is nom
D
alea is abl,
cornu is acc
Slide 3 - Quiz
Sleep de juiste benoeming naar het juiste woord.
Irate negavit Garrulus, sed plura dicere non potuit:
strepitus cornuum ad arma vocavit Romanos.
bw
nom uit
groep 2
(servus)
nom uit
groep 4
(manus)
gen mv
comp
onz mv
Slide 4 - Drag question
Leg uit wat het verschil tussen tussen het soort hoorn in r32 (cornu) en in r 34 (cornuum). [inhoudelijk, niet grammaticaal]
Slide 5 - Open question
Je hebt de hoorn zeker in bezit gekregen door het dobbelspel?’ Boos ontkende Garrulus, maar meer kon hij niet zeggen: het lawaai van hoorns riep de Romeinen te wapen. Eindelijk begon bij Alesia het hoogste gevecht in de Gallische Oorlog.
32. Nonne alea cornu
33. obtinuisti?’ Irate negavit Garrulus, sed plura dicere
34. non potuit: strepitus cornuum ad arma vocavit
35. Romanos. Tandem incepit ad Alesiam proelium
36. summum Gallico in Bello.
Slide 6 - Slide
In r6-8 worden twee categorieën oldaten genoemd: welke twee?
Slide 7 - Open question
r8 pars in castris alia munera explebat: hier wordt verderop in de tekst een voorbeeld van gegeven: wat doen zij bv?
Slide 8 - Open question
r12 miris animalibus: Waar bevonden deze dieren zich? Geef twee elementen die dit aangeven.
Slide 9 - Open question
r29-30 ‘O amice, licetne tibi corrumpere iuventutem parvis mendaciunculis tuis? Hoe zie je dat de vriend dit niet gemeen bedoelt?