2 KGT H1 P5 en extra oefenen

Hoofdstuk 1
Paragraaf 5 & extra oefenen
Deze les :
  • Doelstelling
  • Vorige les
  • Paragraaf 5
  • Bespreken
  • extra oefenen
  • Afsluiten
1 / 30
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 1
Paragraaf 5 & extra oefenen
Deze les :
  • Doelstelling
  • Vorige les
  • Paragraaf 5
  • Bespreken
  • extra oefenen
  • Afsluiten

Slide 1 - Slide

Doelstelling :
Aan het einde van deze les: 

  • Weet je dat je bij optellen en vermenigvuldigen getallen van plaats mag verwisselen
  • Kan je de volgorde van bewerken goed toepassen
  • kan je met de wetenschappelijke  notatie gebruiken

Slide 2 - Slide

De vorige les :
  • wortels en wortel trekken
  • Wetenschappelijke notatie

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog van wortel trekken?

Slide 4 - Mind map

Wortel trekken
30,25
43,56
33,0625
38,44
27,04
=
=
=
=
=
5,5
6,6
5,2
6,2
5,75
5,1
4,9
6,1
6,3
5,85

Slide 5 - Drag question

Wat weet je nog van de wetenschappelijke notatie?

Slide 6 - Mind map

Sleep de antwoorden  naar de juiste plaats, gebruik jouw rekenmachine.
32
72
122
82
=
=
=
=
92
112
52
132
=
=
=
=
81
144
169
49
64
25
121
9

Slide 7 - Drag question

Sleep de uitkomsten naar de juiste plek!
X kan ieder getal zijn het gaat om de plus en de min.
x
+x
x
+x
x
x
x
x
x
=
x
=
+x
+x
=
=

Slide 8 - Drag question

Paragraaf 4
  • bij + de getallen wisselen
  • bij x de getallen wisselen

Slide 9 - Slide

Getallen wisselen
bij sommen met + mag je de getallen verwisselen.
7 + 2 = 9
2 + 7 =9
2 + 6 + 8 = 16
8 + 2 + 6 = 16
6 + 8 + 2 = 16
enz. 
enz.

Slide 10 - Slide

Getallen wisselen
bij sommen met + mag je de getallen verwisselen.
7 x 2 = 14
2 x 7 =14
2 x 6 x 8 = 96
8 x 2 x 6 = 96
6 x 8 x 2 = 96
enz. 
enz.

Slide 11 - Slide

Mag je de getallen van de - sommen
en de : sommen ook verwisselen?

Slide 12 - Mind map

Bij - en : mag je de getallen niet verwisselenen
Bij - krijg je namelijk een ander antwoord.
6 - 3 = 3
3 - 6 = -3
dat is een verschil van 6
het zelfde geld voor : 
6 : 3 = 2
3 : 6 =0,5

Slide 13 - Slide

Bij - en : mag je de getallen niet verwisselenen
Bij - krijg je namelijk een ander antwoord.
6 - 3 = 3
3 - 6 = -3
dat is een verschil van 6
het zelfde geld voor : 
6 : 3 = 2
3 : 6 =0,5

Slide 14 - Slide

Rekenvolgorde
Als er meerdere bewerkingen zoals : +, -, x en : in 1 som staan.
Dan houd je, je altijd aan de reken volgorde
  1.  haakjes
  2. kwadrateren en worteltrekken
  3. keer en gedeeld door
  4. plus en min
als er gelijke van volgorde zijn ga je van links naar rechts.

Slide 15 - Slide

sleep de bewerkingen naar de juiste plek van de volgorde trap.
(     )
x
:
+
-
x

Slide 16 - Drag question

welke som is correct opgelost?
2 + 3 x 5 =25
2 + 3 x 5 =17
5 + 4 x 2 =13
5 + 4 x 2 =18
5 x 4 + 2 =22
5 x 4 + 2 =40

Slide 17 - Drag question

welke som is correct opgelost?
6 - 8 : 2 = -1
6 - 8 : 2 = 2
5 - 4 : 2 = 3
5 - 4 : 2 = 0,5
8 : 4 - 2 = 0
8 : 4 - 2 = 4

Slide 18 - Drag question

Maak opgave 40 t/m 47 van hoofdstuk 1 paragraaf 4
Samen werken mag, maar zachtjes !
Als je er samen niet uitkomt, 
steek dan je vinger op.
Opdrachten maken
timer
15:00

Slide 19 - Slide

Bespreken 

Paragraaf 5
  • wisselen van getallen
  • reken volgorde

Slide 20 - Slide

extra oefenen
  • wetenschappelijke notatie
  • alles door elkaar

Slide 21 - Slide

Wetenschappelijke notatie
De wetenschappelijke notatie gebruiken we voor hele lange getallen.
Soms geeft jouw rekenmachine ook een antwoord als wetenschappelijke notatie,
anders past het antwoord niet op het scherm.
je schrijft dan 
763000000000
7,631011

Slide 22 - Slide

Wetenschappelijke notatie
Om de wetenschappelijke notatie op te schrijven, voer je de volgende stappen uit.
  1. plaats de comma tussen het 1ste en het 2de getal.
  2. Tel hoeveel plekken de comma is verschoven.
  3. rond af als dat nodig is.
  4. schrijf alleen de eerste 3 getallen op .
  5. schrijf daar achter      . 1011 (het aantal plekken die de komma verschoven is)

Slide 23 - Slide

zet de volgende getallen in de 
wetenschappelijke notatie
6000000000
=
60000000000
6000000000
=
=
5340000000
4350000000
345000000
=
=
=

Slide 24 - Drag question

Wat is de wetenschappelijke notatie van 26750000000
A
2,68.1010
B
2,68.109
C
2,67.109
D
2,67.1010

Slide 25 - Quiz

Wat is de wetenschappelijke notatie van 45640000000
A
4,56.109
B
4,56.108
C
4,56.1010
D
4,56.1011

Slide 26 - Quiz

Maak opgave E1 t/m E13 van hoofdstuk 1 extra oefenen
Samen werken mag, maar zachtjes !
Als je er samen niet uitkomt, 
steek dan je vinger op.
Opdrachten maken
timer
15:00

Slide 27 - Slide

Afsluiting
  1. Weet je dat je bij optellen en vermenigvuldigen getallen van plaats mag verwisselen
  2. Kan je de volgorde van bewerken goed toepassen
  3. kan je met de wetenschappelijke notatie gebruiken

Slide 28 - Slide

Wat was het moeilijkste vandaag?

Slide 29 - Mind map

S.O. hoofdstuk 1
Volgende Les :
Huiswerk :
Thuis afmaken
hoofdstuk 1  §5 en extra oefenen
opdracht 40 t/m opdracht 47
en E1 t/m E13 van de extra oefening.

Slide 30 - Slide