2223 H7 SO HAVO §1 & §2 JE EIGEN OMGEVING IN BEELD
Geef de omschrijving van het begrip 'eigen omgeving'
1 / 35
next
Slide 1: Open question
aardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1
This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Geef de omschrijving van het begrip 'eigen omgeving'
Slide 1 - Open question
Welk begrip wordt hier omschreven: 'Deel van een dorp of stad. Dit begrip bestaat uit verschillende buurten.'
Slide 2 - Open question
Geef de omschrijving van het begrip 'buurt'
Slide 3 - Open question
Welk begrip wordt hier omschreven: 'Iets waar iedereen gebruik kan maken, zoals een winkel of een school.'
Slide 4 - Open question
Geef de omschrijving van het begrip 'eengezinswoning'
Slide 5 - Open question
Welk begrip wordt hier omschreven: 'Huizen met een, twee of drie verdiepingen (eengezinswoningen).'
Slide 6 - Open question
Geef de omschrijving van het begrip 'meergezinswoning'
Slide 7 - Open question
Welk begrip wordt hier omschreven: 'Huis waarvan de bewoner ook de eigenaar is.'
Slide 8 - Open question
Geef de omschrijving van het begrip 'huurwoning'
Slide 9 - Open question
Welk begrip wordt hier omschreven: 'Zelfstandige woningen in een gebouw met vier of meer woonlagen (meergezinswoningen).'
Slide 10 - Open question
Welk begrip wordt hier omschreven: 'Het centrum van een stad.'
Slide 11 - Open question
Geef de omschrijving van het begrip 'oude woonwijk'
Slide 12 - Open question
Welk begrip wordt hier omschreven: 'het opknappen van een huis.'
Slide 13 - Open question
Geef de omschrijving van het begrip 'natuurlijke bevolkingsgroei'
Slide 14 - Open question
Welk begrip wordt hier omschreven: 'Een of meer mensen die samen op één adres wonen.'
Slide 15 - Open question
Geef de omschrijving van het begrip 'leeftijdsopbouw'
Slide 16 - Open question
Bekijk de kaart (klik er op om te vergroten). Dit kan een kaart zijn van iemands eigen omgeving.
A
Goed
B
Fout
Slide 17 - Quiz
bekijk de afbeelding (klik er op om deze te vergroten). Welke twee vormen van ruimtegebruik zie je hier het meest?
Slide 18 - Open question
In een nieuwbouwwijk worden voornamelijk .... gebouwd.
A
scholen
B
voorzieningen
C
woningen
D
straten
Slide 19 - Quiz
Bekijk de kaart (klik er op om te vergroten). Welke stad wordt aangegeven met het cijfer 3?
A
Amsterdam
B
Utrecht
C
Rotterdam
D
Den Haag
Slide 20 - Quiz
Bekijk de kaart (klik er op om te vergroten). Welke stad wordt aangegeven met het cijfer 5?
A
Eindhoven
B
Utrecht
C
Apeldoorn
D
Den Bosch
Slide 21 - Quiz
Bekijk de kaart (klik er op om te vergroten). Welke stad wordt aangegeven met het cijfer 8?
A
Leeuwarden
B
Groningen
C
Zoetermeer
D
Enschede
Slide 22 - Quiz
bekijk de afbeelding (klik er op om deze te vergroten). Welke plaats wordt er aangegeven met het cijfer 12?
Slide 23 - Open question
bekijk de afbeelding (klik er op om deze te vergroten). Welke plaats wordt er aangegeven met het cijfer 18?
Slide 24 - Open question
bekijk de afbeelding (klik er op om deze te vergroten). Welke plaats wordt er aangegeven met het cijfer 1?
Slide 25 - Open question
bekijk de afbeelding (klik er op om deze te vergroten). Welke plaats wordt er aangegeven met het cijfer 20?
Slide 26 - Open question
bekijk de afbeelding (klik er op om deze te vergroten). Welke plaats wordt er aangegeven met het cijfer 6?
Slide 27 - Open question
Nederland wordt steeds meer ingericht, omdat de inwoners rijker worden.
A
Goed
B
Fout
Slide 28 - Quiz
Nederland wordt steeds meer ingericht, omdat het aantal inwoners toeneemt.
A
Goed
B
Fout
Slide 29 - Quiz
Kantoren, showrooms en garages hebben veel ruimte nodig. Daarom staan ze vaak op een apart bedrijventerrein in een dorp of stad.
A
Goed
B
Fout
Slide 30 - Quiz
Flats met meer lagen op elkaar noem je eengezinswoningen.
A
Goed
B
Fout
Slide 31 - Quiz
Waarom zijn wijken als de Kinkerbuurt in Amsterdam gebouwd?
Slide 32 - Open question
Wat is een ander woord voor verstedelijking?
Slide 33 - Open question
Waarom was de kwaliteit van de eerste woningen in de Kinkerbuurt niet zo goed en was er renovatie nodig?
Slide 34 - Open question
In een stad worden in een jaar 12.000 kinderen geboren. In het zelfde jaar, in dezelfde stad overlijden er 10.000 mensen. Wat is de natuurlijke bevolkingsgroei?