Mentorles S.M.A.R.T.

Growth of fixed mindset?
Lees de stellingen en bepaal of deze om een growth of een fixed mindset gaat. 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvmbo b, vwoLeerjaar 1-3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Growth of fixed mindset?
Lees de stellingen en bepaal of deze om een growth of een fixed mindset gaat. 

Slide 1 - Slide

"Ik ben niet slim genoeg om die vraag te beantwoorden."
A
fixed mindset
B
growth mindset

Slide 2 - Quiz

"Deze stof is pittig; ik zal hard moeten werken om bij te blijven."
A
fixed mindset
B
growth mindset

Slide 3 - Quiz

"Ik had die vraag fout; wat ben ik dom."
A
fixed mindset
B
growth mindset

Slide 4 - Quiz

"Ik heb de toets niet gehaald; ik ga om hulp vragen en hard mijn best doen."
A
fixed mindset
B
growth mindset

Slide 5 - Quiz

"Wat is dit lastig; ik ga mijn klasgenoten afleiden omdat ik dit niet snap."
A
fixed mindset
B
growth mindset

Slide 6 - Quiz

"Deze stof is pittig; ik ga hard werken om het te snappen."
A
fixed mindset
B
growth mindset

Slide 7 - Quiz


Wat voor mindset heb jij op school?

Slide 8 - Open question


Wat voor mindset heb jij op je sport/bijbaan/hobby?

Slide 9 - Open question

Welke tip geef jij jezelf?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Stap 1 Leerdoel en leerresultaat
a. Wat is je leerdoel?
b. Wat zou het bereiken van dit leerdoel je opleveren?

Noteer de stappen op een blad, dit krijg je van je mentor

Slide 12 - Slide

Stap 2
Leg uit waarom je voor een leerdoel kiest (ervaring, feedback,..). Stel jezelf verduidelijkende vragen als:
Wanneer? In welke situatie? Met wie?

Slide 13 - Slide

Stap 3
Formuleer jouw leerdoel: een leerdoel is altijd zo geformuleerd alsof je het al bereikt hebt.
a. Een leerdoel begint altijd met: Ik
b. Daarna komt er een 'doe' of 'meet' woord achter: weet, maak, kan, ken, durf, pas toe, heb inzicht in, etc.
c. Vervolgens het gedeelte benoemen wat je wilt leren: het eigenlijke doel (de vaardigheid in meetbare  termen). 
Gebruik alleen concrete woorden (hoe ga je dat doen?)
Niet: Ik ga beter leren voor biologie.
Wel: Ik ga op (datum en eventueel tijdstip) drie keer hoofdstuk 3 bestuderen.
Wel: Ik maak elke week mijn huiswerk voor wiskunde.

Slide 14 - Slide

Stap 4
Stel jezelf daarna de volgende vraag: als ik dit doel wil bereiken wat moet ik dan allemaal ondernemen?

Slide 15 - Slide

Stap 5
Indien je meerdere stappen nodig hebt om je leerdoel te bereiken dan:
a. Nummer je stappen
b. Maak een tijdspad: een realistisch plan, per stap naar het einddoel.
c. Bepaal evaluatiemomenten en stel zo nodig het tijdpad of het leerdoel bij.

Slide 16 - Slide

Wat is je eerste stap om je doel te bereiken? Wees concreet!

Slide 17 - Open question

Doelenbord
We hebben nu de acties op het bord gezet. Als klas kunnen we regelmatig terug kijken de volgende weken welke acties goed gaan en welke doelen al wel of NOG niet behaald zijn...

Slide 18 - Slide

Doel voor de klas tot aan de kerstvakantie?

Slide 19 - Open question

Check out
Terugblik

Slide 20 - Slide