week 15

¡Bienvenidos a la clase de Español!
Diciembre 11 , 2024
Profesor Gómez
1 / 18
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

¡Bienvenidos a la clase de Español!
Diciembre 11 , 2024
Profesor Gómez

Slide 1 - Slide

OBJETIVOS DOELEN
Na deze les...

1. ...kan ik de vorm van de pretérito indefinido (verlenden tijd) gebruiken
2. ...kan ik de tijdsaanduidingen van de  pretérito indefinido (verleden tijd) gebruiken.
3. herken ik het verschil tussen de indefinido (verleden tijd) en de pretérito perfecto (voltooid tegenwoordige tijd).
4. heb ik TIPS VOOR DE TOETS.






4.

Slide 2 - Slide

Pretérito indefinido

Slide 3 - Slide

Indefinido

Slide 4 - Slide

INDEFINIDO 
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Preteríto indefinido
Ayer comí patatas con carne.
La semana pasada estudié para el examen de física.
Hace tres días hablé con tus padres.
El jueves nació mi sobrina.
En 2010, España ganó el Mundial de fútbol.
Hace tres días...
En verano...
Anoche...

Slide 7 - Slide

Hoe maak je een zin in INDEFINIDO?
Ayer yo comí paella
1. Tijdsaanduidingen in het verleden tijd
2.  Wie (optioneel)
3. Werkwoord in het verleden tijd
4. Wat

Slide 8 - Slide

Hoe maak je een zin in INDEFINIDO? - BEBER!

1. Tijdsaanduidingen in het verleden tijd
2.  Wie (optioneel)
3. Werkwoord in het verleden tijd
4. Wat

Slide 9 - Slide

Hoe maak je een zin in INDEFINIDO? - ACORDAR

1. Tijdsaanduidingen in het verleden tijd
2.  Wie (optioneel)
3. Werkwoord in het verleden tijd
4. Wat

Slide 10 - Slide

Let op!
Ser en ir hebben dus dezelfde indefinido!
Ayer fue un día muy bonito. 
Gisteren was een mooie dag. 
Ayer fui a Madrid. 
Gisteren ging ik naar Madrid. 
Leerdoel: pretérito indefinido onr.

Slide 11 - Slide

Indefinido (gebruik)
  • afgesloten tijdvak
  • in een verhaal staan acties in de indefinido



Indefinido                                          Perfecto
  • 'zit ik er nog in?'



SIGNAALWOORDEN
- ayer (gisteren)
- anteayer (eergisteren)
- anoche (gisteravond)
- la semana pasada (vorige week)
- el mes/año pasado (vorige maand/jaar)
- el otro día (de andere dag)
- en 2016, en abril (in 2016, in april)
- hace una semana/mes/año (een week/maand/jaar geleden)



SIGNAALWOORDEN
- hoy (vandaag)
- este mes (deze maand)
- esta semana (deze week)
- este año (dit jaar
- nunca (nooit)




Slide 12 - Slide

Indefinido (verleden tijd)
Ayer yo leí un libro. 
Pretérito Perfecto (voltooid t.t.)
Este mes yo he leído un libro.

Slide 13 - Slide

Indefinido (verleden tijd)

Pretérito Perfecto (voltooid t.t.)

DORMIR

Slide 14 - Slide

SER
Zijn

Slide 15 - Slide

ESTAR
Zijn

Slide 16 - Slide

Ezelsbruggetje ser vs. estar

Slide 17 - Slide

¡Hasta la próxima clase!

Slide 18 - Slide