Criminaliteit les 3

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Criminaliteit

les 3: Theorieën over criminaliteit

Bushokje slopen is

1. een misdrijf
2. een overtreding
3. Niet strafbaar

Met je telefoon in de hand fietsen is

1. een misdrijf
2. een overtreding
3. Niet strafbaar

Noem drie risicofactoren voor crimineel gedrag.

Risicofactoren:

• Slechte opvoeding
• Groepsdruk
• Alcohol/Drugs
• Spijbelen en schooluitval
• Biologische factoren 

Maatschappelijke factoren:

• Slechte leefomstandigheden
• Minder strenge normen
• Minder sociale controle

Deze les:

1. Heb je kennis gemaakt met de zes verschillende theorieën over criminaliteit. Deze leer je voor de toets.
2. Kun je bij elke theorie een voorbeeld noemen over wat je moet doen om ervoor te zorgen dat er minder criminaliteit is.

Filmpje

Welke risicofactoren herken je in het filmpje:

Risicofactoren:

Theorie

1. Aangeleerd gedrag theorie 
2. Anomie theorie
3. Bindingstheorie
4. Rationele keuze theorie
5. Etikettentheorie
6. Neutraliseringstheorie

• Aangeleerd gedrag:
  Sutherland - je leert het van familie of vrienden
• Anomietheorie:
  Merton - niet genoeg geld, dan toch op een andere manier proberen
• Bindingstheorie:
  Je hebt geen plek in de samenleving

 

• Rationele keuze theorie:

Mensen kiezen de makkelijkste weg - mogelijkheid om te stelen, dan doe je het.

• Etikettentheorie: 
  Je hebt een bepaald vooroordeel over je en gaat daar naar handelen.
  
• Neutraliseringstheorie:
  Je vindt dat wat je doet niet fout

Theorie

Bedenk voor elke theorie een oplossing die past om criminaliteit te verminderen.

bv:

1. Aangeleerd gedrag theorie:
Op school zorgen dat er goede voorlichting is. Als ouders dan iets fouts aanleren, wordt dat op school rechtgezet.

• Aangeleerd gedrag:
  Sutherland - je leert het van familie of vrienden
• Anomietheorie:
  Merton - niet genoeg geld, dan toch op een andere manier proberen
• Bindingstheorie:
  Je hebt geen plek in de samenleving

 

• Rationele keuze theorie:

Mensen kiezen de makkelijkste weg - mogelijkheid om te stelen, dan doe je het.

• Etikettentheorie: 
  Je hebt een bepaald vooroordeel over je en gaat daar naar handelen.
  
• Neutraliseringstheorie:
  Je vindt dat wat je doet niet fout

Deze les:

1. Heb je kennis gemaakt met de zes verschillende theorieën over criminaliteit. Deze leer je voor de toets.
2. Kun je bij elke theorie een voorbeeld noemen over wat je moet doen om ervoor te zorgen dat er minder criminaliteit is.

Maken opdrachten:

P3 Online Methode