B2: Groeien en ontwikkelen

B2: Groei en ontwikkelen blz. 20
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

B2: Groei en ontwikkelen blz. 20

Slide 1 - Slide

Wat heb je voor je
Laptop op Lesson-up
Boek bladzijde 20
Pen

Slide 2 - Slide

Huiswerk

Slide 3 - Slide

Opdracht 4

Slide 4 - Slide

Opdracht 6

Slide 5 - Slide

Opdracht 7

Slide 6 - Slide

Leerdoelen
1.2.4 Je kunt omschrijven wat groei en wat ontwikkeling is.
1.2.5 Je kunt de delen van een zaad noemen met hun functie.
1.2.6 Je kunt de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven.

Slide 7 - Slide

Groei = groter en zwaarder worden.

Slide 8 - Slide

Zijn de voorbeelden groei of ontwikkeling zet ze in het juiste vak. 
Groei
Ontwik-
keling
Het gewicht van een mensen baby neemt toe.
De lichaamslengte van een kind neemt toe
De tanden en kiezen van een baby worden gevormd
Een jonge vogel is aan het oefenen om te gaan vliegen
Honden worden blind geboren. Bij pasgeboren pups gaan de oogjes open

Slide 9 - Drag question

Groei van een zaad
Zaadhuid -> zit om het zaad
Navel -> Hiermee zat het zaadje aan de moederplant. 
Poortje -> Gaatje waar water door heen kan. 
Kiem -> Begin van het plantje
Zaadlob -> voedsel voor het plantje

Slide 10 - Slide

Kennisvraag: zet de namen van de onderdelen van de bruine boon op de juiste plekken.
Zaadhuid
Zaadlob
Poortje
Hartvormig bultje
Navel

Slide 11 - Drag question

Kieming
De kieming begint als het zaad water opneemt. De zaadhuid barst open en de kiem begint te groeien.
De kiem groeit uit tot een klein plantje. De eerste blaadjes die boven de grond komen, zijn de zaadlobben (zie afbeelding 4). De zaadlobben bevatten voedsel (voedingsstoffen). Het kiemplantje gebruikt dit voedsel om te groeien (zie afbeelding 5).

Slide 12 - Slide

Ontwikkeling

Slide 13 - Slide

Opdracht:
Sleep de gebeurtenissen naar de juiste plek in de levenscyclus.
Er is een volwassen tomatenplant ontstaan.
Het kiemplantje wordt groter en krijgt meer bladeren. De zaadlobben verdwijnen.
Een tomatenpitje is een zaad.
Het worteltje groeit de grond in en de zaadlobben komen boven de grond.
Aan de tomatenplant ontstaan bloemen. Uit de bloemen ontstaan tomaten(vruchten) met zaden.

Slide 14 - Drag question

Ontwikkeling bij Dieren

Slide 15 - Slide

Opdrachten maken
Krul bij  opdracht 1 & 2
Maken: 3, 5, 6, 7, 8. 

Slide 16 - Slide