Cellen

2.4 Cellen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

2.4 Cellen

Slide 1 - Slide

lesdoelen
  •  Je kunt de delen van dierlijke cellen benoemen met hun kenmerken en functies
  • Je kunt de delen van plantaardige cellen benoemen met hun kenmerken en functies




Slide 2 - Slide

Deze les
Uitleg cellen
(Practicum)

Slide 3 - Slide

Dierlijke cellen
  • Celmembraan: dun vliesje dat inhoud cel scheidt van omgeving
  • Cytoplasma: water met opgeloste stoffen, waarin organellen zweven
  • Celkern: organel, regelcentrum van cel, bevat DNA
  • Kernmembraan: vliesje dat kernplasma in celkern houdt

Slide 4 - Slide

Plantaardige cel
  • Vacuole: blaasje met vocht (water en opgeloste stoffen, kleurstoffen)
  • Plastiden: bladgroenkorrels,  kleurstofkorrels en zetmeelkorrels
  • Celwand: stevig laagje om cel heen, is gemaakt van tussencelstof

Slide 5 - Slide

Vacuole
Dit is een "blaasje" gevuld met vocht.

Samen met de celwand zorgt de vacuole voor stevigheid.

Slide 6 - Slide

Plastiden
  • Bladgroenkorrels: hierdoor zijn planten groen, hier vindt fotosynthese plaats
  • Kleurstofkorrels: gele, oranje of rode kleur, lokmiddel
  • Zetmeelkorrels: kleurloos, hier wordt zetmeel opgeslagen
  • Plastiden kunnen van een type in ander type veranderen

Slide 7 - Slide

Celorganellen: de delen van een cel met een functie

Slide 8 - Slide

De plantaardige cel bevat:

Celkern > regelt alles in de cel en bevat DNA
Kernplasma = vloeistof in de celkern
Kernmembraan = vliesje om de celkern
Cytoplasma > vloeistof in cel met opgeloste stoffen
Celmembraan > vliesje om cel dat boel bij elkaar houdt
Vacuole > blaasje gevuld met vocht dat zorgt voor stevigheid van de cel
Celwand > stevige laag om de cel heen (= tussencelstof dus geen onderdeel van de cel)
Intercellulaire ruimte > kleine holtes gevuld met lucht, die liggen tussen de celwanden van naast elkaar gelegen cellen
Plastiden = korrels in het cytoplasma. 3 soorten:
Bladgroenkorrels > zitten in groene deel van de plant > fotosynthese uitvoeren
Kleurstofkorrels > geven rode/oranje/gele kleur aan bloem of vrucht
Zetmeelkorrels > kleurloos en zit zetmeel in opgeslagen

Slide 9 - Slide

Opdrachten maken
Maak opdracht 1 t/m 5(ja samenvatting ook)
HW: opd. 6 en 7


Slide 10 - Slide

lesdoelen
  •  Je kunt de delen van dierlijke cellen benoemen met hun kenmerken en functies
  • Je kunt de delen van plantaardige cellen benoemen met hun kenmerken en functies




Slide 11 - Slide