Grammatica onderwerp/ zinsontleding

   Grammatica (cursus 5)          Welkom
Op je tafel:
Laptop dicht
schrift/boek/pen Nederlands



Zinsdelen... geen woordsoorten
timer
10:00
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

   Grammatica (cursus 5)          Welkom
Op je tafel:
Laptop dicht
schrift/boek/pen Nederlands



Zinsdelen... geen woordsoorten
timer
10:00

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Lezen/ Match/ Buddy Tegenbosch
  • Lesdoelen
  • Nieuwe uitleg: grammatica/ zinsontleding
  • Zelfstandig werken
  • Evaluatie les

Slide 2 - Slide

woensdag 7 februari 2024
Schrijversbezoek: Buddy Tegenbosch
Vragen !

Slide 3 - Slide

Lezen (samen)
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de lessen...
  • kan je het onderwerp vinden 



Slide 5 - Slide

Herhaling zinsdelen

Slide 6 - Slide

Zinsdelen

Slide 7 - Mind map

Wat zijn zinsdelen?
Zinnen zijn gemaakt van zinsdelen. Het zijn een soort puzzelstukjes.

Slide 8 - Slide

Wat is de pv in de volgende zin:
Gingen wij naar de winkels lopen?
A
Gingen
B
wij
C
naar de winkels
D
lopen

Slide 9 - Quiz

Persoonsvorm tijdproef 
1. Zet de zin in de andere tijd (tijdproef). 
2. Het woord dat verandert is de pv.

Ik loop naar school.
Ik liep naar school.




Elke zin heeft een persoonsvorm.


Slide 10 - Slide

Persoonsvorm vraagproef 
1. Maak een vraagzin (vraagproef). 
2. Het woord dat verandert is de pv.

Ik loop naar school.
Loop ik naar school?




Elke zin heeft een persoonsvorm.


Slide 11 - Slide

Persoonsvorm getalproef 
1. Zet de zin in enkel- of meervoud (getalproef). 
2. Het woord dat verandert is de pv.

Ik loop naar school.
Wij lopen naar school.




Elke zin heeft een persoonsvorm.


Slide 12 - Slide

Wat is de pv in de volgende zin:
Wie is daarheen gegaan?
A
Wie
B
is
C
daarheen
D
gegaan

Slide 13 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Slide 14 - Open question

PV is een onderdeel van van het wg.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Werkwoordelijk gezegde
Werkwoordelijk gezegde (wg) = pv + alle andere ww in de zin.

VB: 
Ik heb dit boek gelezen.
pv = heb
wg = heb gelezen

Slide 16 - Slide

Benoem pv en wg in de volgende zin:
Wij zijn naar school gegaan.

Slide 17 - Open question

Uit hoeveel zinsdelen bestaat deze zin:
Ik lees dit boek.
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 18 - Quiz

Zinsdelen
Een zinsdeel kan uit één of meerdere woorden bestaan. 
Een zinsdeel kan in zijn geheel voor de pv gezet worden.

|Ik | lees | dit boek.|              

Deze zin bestaat uit 3 zinsdelen. 



Slide 19 - Slide

Wat is het onderwerp in de volgende zin:
Ik lees dit boek.
A
Ik
B
lees
C
dit
D
boek

Slide 20 - Quiz

Aantekening: onderwerp (nieuw!!)

Je kunt het onderwerp vinden door de vraag:
Wie of wat + het werkwoordelijk gezegde?
Het antwoord op deze vraag is het onderwerp.
Werkwoordelijk gezegde: alle werkwoorden in de zin (+pv)
De kinderen hebben een kaars aangestoken.
Wie hebben aangestoken?
Antwoord: De kinderen

Slide 21 - Slide

Wat is het onderwerp in de volgende zin:
De jongens en meisjes gaan naar het feest.

Slide 22 - Open question

Zelfstandig werken
Grammatica (cursus 5)
th: $2 Persoonsvorm en zinsdelen, blz. 200, opdracht 1 t/m 6
$4 Onderwerp, blz. 204, opdracht 1 t/m 5
Klaar? Maak opdracht 7B
ha: $1 Persoonsvorm en zinsdelen, blz. 204, opdracht 1 t/m 6
$3 Onderwerp, blz. 208, opdracht 1 t/m 5
Klaar? Maak opdracht 6B
timer
15:00

Slide 23 - Slide

Lesdoelen check 
Huiswerk donderdag a.s.:
opdrachten van $2 Persoonsvorm en zinsdelen

Slide 24 - Slide