*Creatief schrijven, vwo 2

Creatief schrijven 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare school

This lesson contains 18 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Creatief schrijven 

Slide 1 - Slide

Wat is creatief schrijven?

Slide 2 - Open question

Creatief schrijven
Creatief schrijven is iets totaal anders dan een nieuwsbericht of een mail schrijven. Je draagt een gevoel over aan de lezer in de vorm van een (kort) verhaal of een roman, maar ook thrillers, songteksten en gedichten roepen gevoelens op. Bij elk verhaal en bij elk genre zal dat gevoel weer net wat anders zijn, maar jij als schrijver zorgt dat het gevoel erin zit. Al deze vormen van schrijven vallen onder creatief schrijven. 

Slide 3 - Slide

Perspectief 

Slide 4 - Slide

Tijd

Slide 5 - Slide

Ruimte

Slide 6 - Slide

Ontwikkeling hoofdpersoon

Slide 7 - Slide

Cliffhanger

Slide 8 - Slide

Plaats

Slide 9 - Slide

Hoofdpersoon

Slide 10 - Slide

Karaktereigenschap

Slide 11 - Slide

Uiterlijk 

Slide 12 - Slide

Minuutschrijven 
Je krijgt 5 minuten om een verhaal te schrijven. Je begint je verhaal met 'Er was eens...'

Je mag de opdracht in tweetallen maken of alleen. 

De 5 minuten starten nu! 


timer
5:00

Slide 13 - Slide

Opdracht Mix and match
Zie opdracht word. 

Slide 14 - Slide

Opdracht
Maak een gedicht met woorden uit een tijdschrift of een krant. 
Kies een artikel. In dit artikel kleur je woorden die je gaat gebruiken voor je gedicht. Let op dat je niet een hele zin overneemt. Vervolgens typ je je gedicht in een worddocument. Leg onder je gedicht de betekenis van je gedicht uit. 
Het artikel moet je bewaren.  

Slide 15 - Slide

Opdracht
Op de volgende slide zie je een foto. Aan jou de opdracht om bij deze foto een verhaal te verzinnen. Wat is de aanleiding voor deze foto geweest? Wat is er precies gebeurd? Wanneer was dat? Op welke dag? Waar is deze foto genomen? Wie heeft de foto gemaakt? Kortom: probeer zo veel mogelijk details te bedenken. Alles mag, wees creatief! 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Opdracht
Maak van een saaie zin een levendige zin door het toevoegen van woorden. Let op: het moet één zin blijven, dus kijk ook goed naar het (juiste) gebruik van komma's.

Voorbeeld:
Janine ruimt haar kamer op.
Janine ruimt woedend haar kamer op, die na de enorme ruzie met haar buurmeisje was veranderd in een slagveld.

Slide 18 - Slide