Les 20-04

Cours du 20-04
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Cours du 20-04

Slide 1 - Slide

Programme
- répéter                                                 (10 min)
   - 'voca F'
  - 'getallen t/m 100'
- Phrases Clés C
- Oefenen met voca E
- Bron E zelf maken
- Afsluiting
- Devoirs


Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na de les kun je een gesprek voeren in een kledingwinkel. 

Na de les kun je woorden opnoemen die te maken hebben met het thema 'winkelen' en 'winkels'.

Na de les kun je de getallen t/m 100 opnoemen. 

Slide 3 - Slide

Voca F
Boeken dicht en luister goed.

4 woorden - 2 niet weten is een huiswerk vergeten.

Slide 4 - Slide

les nombres
je hebt geleerd dat vanaf 69 er een vreemde manier van tellen is in het Frans:
70 = 60 + 10     soixante dix
        75 = 60 + 15     soixante quinze
    80 = 4 x 20      quatre vingts
      89 = 4 x 20 + 9      quatre vingt neuf
  90 = 4 x 20 + 10    quatre vingt dix
      96 = 4 x 20 + 16     quatre vingt seize

Slide 5 - Slide

trente-cinq
quarante-quatre
vingt-neuf
trente-neuf
vingt-deux
quarante et un

Slide 6 - Drag question

Zet de getallen in de juiste volgorde van klein naar groot : 
sept
dix-sept
seize
trente-quatre
quarante-trois
soixante-deux
soixante-six
soixante-dix
cinquante-six

Slide 7 - Drag question

Phrases Clés C
Ga naar een online winkel en shop 1 kledingstuk die je aanspreekt.
Vervolgens bereid je een tekstje voor (die je opschrijft) over het door jouw gekozen kledingstuk. Gebruik de constructies uit onderstaande Phrases Clés C. 
Begin met de zin: J'ai allé en ville et j'ai acheté un/une .........

Beschrijf: soort kledingstuk, hoe duur het is (ça coûte...), welke maat je hebt waarom je het wilt kopen.

timer
10:00

Slide 8 - Slide

Voca E
Boek open op bladzijde 129, voca E.

Luister mee en zeg na. 

Slide 9 - Slide

Maintenant, c'est à vous:
Faire ex. 22 et 23 helemaal


Klaar? slim stampen voca E. 
 





timer
10:00

Slide 10 - Slide

Afsluiting
Als ik wil zeggen dat ik een keldingstuk gekocht heb, doe ik dat zo:

Ik kan de volgende 3 woorden opnoemen die te maken hebben met 'winkelen' en 'winkels': 



Slide 11 - Slide

Les devoirs
Maken voor de volgende les:
- leren voca E + Phrases Clés C
- maken ex.22 en 23
   helemaal.

Slide 12 - Slide