3.3 Hoe is het geregeld?

3.3 Hoe is het geregeld?
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

3.3 Hoe is het geregeld?

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen:

-Wat is een CAO? Wat wordt er in een CAO geregeld?
- Het verschil tussen het nettoloon en brutoloon. Het nettoloon kunnen uitrekenen
- Hoe is het in de wet geregeld met het minimumloon?
- Welke wetten kunnen een werknemer beschermen?


Slide 2 - Diapositive

CAO

Slide 3 - Diapositive

Wat krijg je betaald?Loon
Brutoloon: dit staat in de arbeidsovereenkomst. Hier gaat nog geld vanaf voor loonbelasting en sociale premies
Inhoudingen: loonbelasting en sociale premies. Hier betaalt de overheid  bijvoorbeeld uitkeringen voor werkloosheid en arbeidsongeschiktheid van.
Nettoloon: brutoloon- inhoudingen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Diapositive

Voorbeeldje
Stel dat je brutoloon per maand €2100 is. 
Daarop betaal je €210 aan loonbelasting en er wordt €103 ingehouden aan sociale premies? 
Wat is dan jouw nettoloon?

Nettoloon= brutoloon- inhoudingen
Nettoloon= €2100- (€210 + € 103)
Nettoloon= €1787

Slide 8 - Diapositive

Opdrachten
Maak opdracht 32 op bladzijde 77.


timer
1:00

Slide 9 - Diapositive

Minimumloon
  • Iedereen die gaat werken heeft recht op het wettelijk minimumloon
  • Dit is het brutoloon dat een werknemer vanaf 21 jaar minstens moet verdienen in een voltijdbaan
  • De overheid heeft dit vastgelegd in een wet.
  • Dit is om uitbuiting tegen te gaan.
  • Zou er ook een maximumloon zijn??

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Minimumjeugdloon
- Als je tussen de 15 en 21 jaar oud bent
- Dit loon stijgt naarmate je een jaartje ouder wordt, hoe jonger  je bent, hoe lager het minimumjeugdloon.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Beschermen van de werknemers
- Minimumloon en minimumjeugdloon
maar ook:

- Arbowet (arbeidsomstandighedenwet): omvat regels voor veilige en gezonde arbeidomstandigheden. Bijvoorbeeld dragen van beschermende kledij, schoenen en een veiligheidsbril.

Arbeidstijdenwet: omvat regels voor werk- en rusttijden. Bijvoorbeeld een vrachtwagenchauffeur die op tijd moet rusten of jongeren die niet allebei de dagen in het weekend mogen werken.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Huiswerk
Lezen en maken paragraaf 3.3 én kies twee opdrachten van opdracht 1 t/m 4 op blz. 94

Dinsdag 13 april en dinsdag 20 april toets H3.

Slide 16 - Diapositive

Uitwerkingen
- Uitwerkingen vinden jullie terug op de ELO
- Jullie kijken zelf de gemaakte opgaven na
-In de volgende zoomles bespreken we het huiswerk en kunnen jullie vragen stellen.

Succes!

Slide 17 - Diapositive

Les dinsdag 30 maart
* test vragen
* welke vragen zijn er nog over het huiswerk?
* Keuzeopdracht 1: Lekker druk bezig?
* Oefenen in de les:
Oneven opdrachten van herhalingsopdrachten of plusopdrachten

Slide 18 - Diapositive


Slide 19 - Question ouverte