Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Welkom bij economie
Leg je laptop dicht op tafel
Pak je aantekeningenschrift
Pak je rekenmachine
timer
3:00
Je bent stil in..
Slide 1 - Diapositive
Dit gaan we vandaag doen
Dit leer je nu
Doen
Terugkijken
Wat gaan we vandaag doen?
1. Stilteopdracht: rekenen
2. Stilteopdracht bespreken
3. Uitleg 3.3 deel 2
4. Aan de slag
Slide 2 - Diapositive
Je bent stil tot.
Dit weet je al
Doen
Terugkijken
Wat ga je zo doen?
Doen
Dit leer je nu
Wat moet je doen?
De stilteopdracht over paragraaf 3.3 maken
Hoe moet je dat doen?
Ga op je laptop naar It's learning. Ga naar de map van economie en maak de opdracht die in de stilteopdrachten map zit. Gebruik je aantekeningenschrift als kladpapier
Hulp
Kijk in dezelfde map op It's learning voor voorbeeldsommen.
Als je een vraag niet begrijpt,
sla je de vraag over.
Tijd
10minuten
Klaar
Lezen theorie 1 en 2 van paragraaf 3.3 en maak opdracht 27 t/m 34
timer
10:00
Slide 3 - Diapositive
Wat ga je dit lesuur leren?
Je weet voor wie een cao geldt en wat erin geregeld is.
Je kunt met gegeven informatie het nettoloon berekenen.
Je weet hoe in de wet het minimumloon geregeld is.
Je weet welke wetten jou als werknemer kunnen beschermen.
Dit ga je vandaag leren
Dit leer je nu
Doen
Terugkijken
Slide 4 - Diapositive
Loon
wettelijk minimumloon =Dat is het brutoloon dat een werknemer van 21 jaar en ouder minstens moet verdienen in een voltijdbaan.
Als je tussen de 15 en 21 jaar bent, geldt het minimumjeugdloon. Bij elke leeftijd is dat een percentage van het minimumloon. Hoe jonger, hoe lager het minimumjeugdloon is.
In de Arbowet staan regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden
Slide 9 - Diapositive
Arbeidstijdenwet
Slide 10 - Diapositive
CAO
A
centrale arbeidsovereenkomst.
B
centrale administratie ontvangst
C
collectieve arbeidsovereenkomst
Slide 11 - Quiz
Hoe bereken je het nettoloon?
A
Brutoloon - loonbelasting + premies
B
Brutoloon - loonbelasting - premies
C
Brutoloon + loonheffing
D
Brutoloon - btw
Slide 12 - Quiz
Nettoloon =
Leerdoel 32
A
brutoloon - (loonbelasting + sociale premies)
B
brutoloon - loonbelasting
C
brutoloon - sociale premies
D
brutoloon
Slide 13 - Quiz
Nettoloon is ..... dan brutoloon
A
hoger
B
lager
Slide 14 - Quiz
Op je bankrekening ontvang je...
A
nettoloon
B
brutoloon
Slide 15 - Quiz
Welke 2 wetten beschermen de werknemers?
A
UWV en Arbowet
B
Arbowet en wettelijke gelijkheid
C
Arbowet en Arbeidstijdenwet
D
Arbeidstijdenwet en UWV
Slide 16 - Quiz
Waar staat arbowet voor?
A
arbeidsoverschotwet
B
arbeidsondernemerswet
C
arbeidsoverheidswet
D
arbeidsomstandighedenwet
Slide 17 - Quiz
Deze wet regelt de werk- en rusttijden.
A
Arbowet
B
Arbeidstijdenwet
Slide 18 - Quiz
6: Karim heeft een brutoloon van € 2.750 per maand. Zijn werkgever houdt € 595 in aan loonbelasting en € 122 aan sociale premies. Hoeveel krijgt Karim elke maand op zijn bankrekening aan loon?
Slide 19 - Question ouverte
Fluisteren
Dit weet je al
Doen
Terugkijken
Wat ga je zo doen?
Doen
Dit leer je nu
Wat moet je doen?
De opdrachten van 3.2 verbeteren
Hoe moet je dat doen?
Ga op je laptop naar Pincode. Kijk opnieuw naar je opdrachten bij paragraaf 3.2. Verbeter je vragen.
Hulp
Vraag het eerst aan je buurman of buurvrouw, steek daarna gezamenlijk je vinger op voor hulp.
Tijd
10minuten
Klaar
Lezen theorie van paragraaf 3.3
Lezen theorie 1 en 2 van paragraaf 3.3 en maak opdracht 27 t/m 34