Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Hoofdstuk 8 - Bij de makelaar
■ soorten woonruimte
■ in en bij het huis
■ meubels
■ negatie
■ preposities
■ uitspraak ij / ei - eu
dialoog
1 / 23
suivant
Slide 1:
Diapositive
NT2
Beroepsopleiding
Cette leçon contient
23 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
2 vidéos
.
La durée de la leçon est:
120 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
■ soorten woonruimte
■ in en bij het huis
■ meubels
■ negatie
■ preposities
■ uitspraak ij / ei - eu
dialoog
Slide 1 - Diapositive
woonruimte
de woning
het huis
de flat
het appartement
de bovenwoning
de benedenwoning
de verdieping
Slide 2 - Diapositive
in en om het huis
woonkamer
slaapkamer
keuken
gang
wc
badkamer
raam
deur
balkon
tuin
schuurtje
garage
Slide 3 - Diapositive
Maak een zin met dit object.
Slide 4 - Diapositive
Maak een zin met dit object.
Slide 5 - Diapositive
Maak een zin met dit object.
Slide 6 - Diapositive
Hoe groot is je huis?
Woon je alleen?
Heb je een aparte keuken of een open keuken?
Heb je een tuin en/of een balkon?
Op welke verdieping woon je?
Heb je een duur huis?
Heb je veel meubels?
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Prepositie
opdracht 7
in
januari
op
maandag
om
17:00 uur
tegen
achter / voor
naast
op / onder
aan / van
om
boven / onder
bij
in
tussen
tegenover
met
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Negatie
De bovenwoning
ligt niet
ver van het centrum.
Ik heb
geen idee
!
Slide 12 - Diapositive
Heb je een balkon?
A
Nee, ik heb geen balkon.
B
Nee, ik heb niet een balkon.
Slide 13 - Quiz
Moeten we het nagerecht nu al bestellen?
A
Nee, dat moet je nu niet bestellen.
B
Nee, dat hoef je nu niet te bestellen.
Slide 14 - Quiz
Ken jij Martina?
A
Nee, ik ken Martina niet.
B
Nee, ik ken niet Martina.
Slide 15 - Quiz
1
Slide 16 - Vidéo
03:10
Een tiny house mag niet groter zijn dan 13 m².
Gerard heeft een eigen badkamer.
Gerard vindt zijn keuken te klein.
Het water in de wc is ‘gerecycled’.
Gerard heeft een tweepersoonsbed.
Slide 17 - Diapositive
Een tiny house mag niet groter zijn dan 13 m².
Gerard heeft een eigen badkamer.
Gerard vindt zijn keuken te klein.
Het water in de wc is ‘gerecycled’.
Gerard heeft een tweepersoonsbed.
Slide 18 - Diapositive
intensief luisteren
luisterbingo
vriend, tuin, huisje, zomer, 's morgens,
slapen, herfst, meubels, binnen, makelaar
intensief luisteren
Slide 19 - Diapositive
slipper
sandaal
boodschappen
winkelen
eetcafe
restaurant
jurk
rok
vleeswaren
vlees
warenhuis
supermarkt
blouse
overhemd
apotheek
drogist
bakker
banketbakker
poelier
slager
Slide 20 - Diapositive
van richting veranderen
verandering van situatie
reflexief werkwoord
werkwoord dat een
reflexief pronomen
nodig heeft.
transitief werkwoord
werkwoord dat een object nodig heeft
Jan slaat Piet.
Ik vergis me.
zijn
hebben
Het tweede werkwoord is:
- zijn
- blijven
- beginnen
- kwijtraken
- naderen
- tegenkomen
Jan is verhuisd.
Jan is Piet kwijtgeraakt.
Slide 21 - Diapositive
Hart van mijn huis
Slide 22 - Diapositive
ij / ei - eu - ie
Slide 23 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Hoofdstuk 8 - Bij de makelaar
Mai 2023
- Leçon avec
26 diapositives
NT2
Beroepsopleiding
Hoofdstuk 8 - Bij de makelaar niet
Juin 2024
- Leçon avec
27 diapositives
NT2
Beroepsopleiding
Hoofdstuk 8 - Bij de makelaar niet
il y a 5 jours
- Leçon avec
27 diapositives
NT2
Beroepsopleiding
Hoofdstuk 8 Nig
Mai 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Nederlands
Beroepsopleiding
Hoofdstuk 8 Nig
Avril 2020
- Leçon avec
27 diapositives
Nederlands
Beroepsopleiding
Les 12 (19)
Janvier 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands in gang H8
Décembre 2023
- Leçon avec
14 diapositives
NT2
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Nederlands in gang H8
Mars 2024
- Leçon avec
14 diapositives
NT2
Middelbare school
havo
Leerjaar 1