Paragraaf 2.3, spieren

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 2 - Bewegen

Paragraaf 2.3

Spieren

Planning

* Huiswerk

* Leerdoelen 

* Theorie uitleg

* Opdracht

* Zelfstandig werken

Huiswerk

LEZEN 2.3

Maken 2.3:  opdracht 1 t/m 9

Leerdoelen 

* Je kent de opbouw van klein naar groot van het spierstelsel

* Je kent de opbouw van een spier (orgaan)

* Je kent het verschil tussen een buig- en een strekspier

* Je kunt uitleggen hoe spieren samenwerken

* Je kunt de werking van kring- en lengtespieren uitleggen

* Je weet hoe willekeurige en onwillekeurige spieren werken

* Je kunt voorbeelden geven van willekeurige en onwillekeurige spieren

Wat heb je naast je skelet en gewrichten nog meer nodig om te kunnen bewegen?

Weet je nog ?

cel - weefsel - orgaan - orgaanstelsel - organisme

1. Hoe heten deze onderdelen bij het skelet?

2.Hoe heten deze onderdelen bij het spierstelsel?

Organisme - orgaanstelsel - orgaan -   weefsel -        cel

Organisme -   spierstelsel -       spier -     spierweefsel - spiervezel

Je kunt de opbouw van een spier uitleggen. 

Je kent de verschillende onderdelen. 

Uitleg onderdelen spier

• Spiervezels - Dit zijn de spiercellen. Spiervezels trekken samen, ze worden dan korter.

• Spierbundel - groepje spiervezels met bundelvlies

• Spier - meerdere spierbundels bij elkaar, omgeven door een vlies. Trekken spiervezels samen dan wordt de spier korter en dikker. 

• Pezen - taaie banden waarmee de spieren aan de botten vastzitten, uitlopers van het bundelvlies. Kunnen niet samentrekken

Opbouw van een spier

Kun je beschrijven hoe je een arm buigt en strekt?

buigspier en strekspier

• Een spier die samentrekt, wordt korter en dikker.
• Een spier die ontspannen is, kan langer en dunner worden.

LET OP

EEN SPIER KAN ALLEEN SAMENTREKKEN !!!!

0

Controle vraag

Wat gebeurt er als deze spier samentrekt ?

Aan welke botten zit de strekspier vast?

Opdracht

* In groepjes van 4

* 24 pijpenragers + rol huishoudfolie

Opdracht: 

Maak met deze materialen een spier.

De spier bestaat uit 4 spierbundels. 

2 spierbundels bevatten 7 spiervezels en 2 spierbundels bevatten 5 spiervezels. 

Zorg ervoor dat de pezen ook goed zichtbaar zijn. 

Zelfstandig werken

Maken huiswerk

Les 2

Paragraaf 2.3

Spieren

Planning

* Huiswerk

*Opdrachten bespreken

* Leerdoelen 

* Theorie uitleg

* Zelfstandig werken

Huiswerk

LEREN 2.3

Maken 2.3:  10 t/m 14

Bespreken

Opdracht 5

Opdracht 6

Opdracht 9

Leerdoelen 

* Je kent de opbouw van klein naar groot van het spierstelsel

* Je kent de opbouw van een spier (orgaan)

* Je kent het verschil tussen een buig- en een strekspier

* Je kunt uitleggen hoe spieren samenwerken

* Je kunt de werking van kring- en lengtespieren uitleggen

* Je weet hoe willekeurige en onwillekeurige spieren werken

* Je kunt voorbeelden geven van willekeurige en onwillekeurige spieren

Je kunt de werking van kring- en lengtespieren uitleggen.

Kringspier en lengtespier

Als kringspieren in de wand van de darm samentrekken, wordt de darm nauwer.

Lengte- en kringspieren in darmen

• Kringspieren trekken samen achter de voedselbrok. De darmen worden nauwer.  

• Lengtespieren in de darmwand trekken samen naast de voedselbrok. Darmen worden wijder.
  

Slokdarm, maag en darmen

Lengtespieren - - - - -

Kringspieren    - - - - -

peristaltische beweging: 

afwisselend samentrekken van de spieren

- voedselbrij wordt voortgeduwd

- voedselbrij wordt gekneed en gemengd met verteringssappen

Je weet hoe willekeurige en onwillekeurige spieren werken. 

Je kunt voorbeelden geven van willekeurige en onwillekeurige spieren.

Onwillekeurige spieren: 

Staan niet onder invloed van je wil 

Worden niet moe.

hart, bloedvaten, huid, verteringorganen en haarspiertjes

Willekeurige spieren:

kun je aansturen,

Zijn sterk, maar worden snel moe. 

Je skeletspieren zijn willekeurige spieren.

zelfstandig werken

Huiswerk maken

Uitwerken leerdoelen