Schrijven - uitleg beoordeling

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Nederlands - Schrijven

Schrijven - beoordeling

Lesdoel

• Aan het eind van deze les weet ik waar ik op moet letten tijdens het schrijven
• Aan het eind van deze les ken ik de beoordelingsregels van het schrijven
• Aan het eind van deze les heb ik geoefend door de toets te maken

Beoordeling

• Samenhang
•  Afstemming op doel
• Afstemming op publiek
• Woordenschat en woordgebruik
• Spelling, interpunctie en grammatica
• leesbaarheid

Samenhang

Je brengt samenhang aan in je tekst

• Indeling; inleiding - kern - slot
•  Verbanden; opsomming - tegenstelling
• Signaalwoorden

Verbanden + signaalwoorden

opsomming - eerst, vervolgens, ten slotte

tegenstelling - maar, echter

tijd - daarnaast, bovendien, ten eerste

oorzaak / gevolg -  doordat, waardoor

toelichting - bijvoorbeeld, zo, zoals

voorwaarde - als, indien

samenvatting - kortom, samengevat, oftewel

conclusie - dus, derhalve

Afstemming op doel

Je bereikt het belangrijkste schrijfdoel

• Informeren
• Instrueren
• Overtuigen
• Amuseren

Afstemming op publiek

Je past je schrijftaal aan op je publiek

•  Formeel taalgebruik
• Informeel taalgebruik
• Toon
• Woordgebruik

Woordenschat en woordgebruik

Je hebt een goede woordenschat aan laat dit zien

• Variatie in woordgebruik
• Gebruik de juiste voorzetsels (voor, achter, op, naar...)
• Idiomatische uitdrukkingen (rode draad, met hart en ziel, de wind van voren krijgen)

Spelling, interpunctie en gramm

Je hebt een goede beheersing van spelling

•  Maakt correcte zinnen
• Gebruikt onregelmatige werkwoorden correct (zijn/was/geweest, hebben/had/gehad, doen/deed/gedaan)

Leesbaarheid

Je gebruikt de juiste tekst conventies

• Titel
• Aanhef
• Ondertekening
• Alinea's / witregels
• Tussenkopjes

Toets maken

• Let op bij vraag 11:

Parafraseer - herschrijf in je eigen woorden, met behoud van doel en betekenis van de originele tekst

Nederlands - Schrijven

• Doel
  Uitleg (examen) Nederlands schrijven
  
• Aan het werk
  
• Afsluiten
  Doel behaald? Opdracht gelukt? Vragen?
  Wat vonden jullie van de les? Tips & Tops?
  

Nederlands - Schrijven

Op je examen krijg je 2 of 3 schrijfopdrachten. Soorten schrijfopdrachten zijn:

• E-mail
• Brief
• Advertentie
• Formulieren invullen
• Artikel
• Verslag

Wat is belangrijk bij schrijven?

Nederlands - Schrijven

Lesdoel:

Ik schrijf een verzorgde e-mail.

Nederlands - Schrijven

Soorten schrijfopdrachten:

• Persoonlijke E-mail
• Zakelijke E-mail

Nederlands - Schrijven

Informeel en formeel taalgebruik

Wat is het verschil tussen informeel en formeel taalgebruik?

Nederlands - Schrijven

Informeel en formeel taalgebruik

• Informeel
  Persoonlijke e-mail - informeel, gebruik ongeveer dezelfde woorden als wanneer je praat
• Formeel
  Zakelijke e-mail of brief, gebruik nettere woorden en vermijd populair taalgebruik (vet, chill en gezellig)!

Formeel of informeel?
Groetjes, Marlies

1. Formeel
2. Informeel

Formeel of informeel?
Hoe is het?

1. Formeel
2. Informeel

Formeel of informeel?
Met vriendelijke groet,

1. Formeel
2. Informeel

Formeel of informeel?
Hoe gaat het met u?

1. Formeel
2. Informeel

Herschrijf de zin in formele taal: Ga nu mijn woning uit

Herschrijf de zin in formele taal: Laat je snel wat van je horen?

Noteer een kort en duidelijk onderwerp bij de volgende situatie:

Je hebt een laptop gekocht en hebt hierover een klacht. Je schrijft een e-mail waarin je de klacht uitlegt en om een oplossing vraagt.

Noteer een kort en duidelijk onderwerp bij de volgende situatie:

Je schrijft een e-mail aan een tijdschrift. Je bent al jaren lid, maar vindt het te kinderachtig worden. Je wilt je abonnement opzeggen.

Noteer een kort en duidelijk onderwerp bij de volgende situatie:

Je hebt een afspraak gemaakt met je studiebegeleider. Op dat tijdstip moet je naar de tandarts. Je wilt de afspraak verzetten.

Welke aanhef is goed bij een zakelijk e-mail aan Bert Klein?

1. Geachte heer Klein,
2. Geachte heer klein,
3. Geachte Heer Klein,
4. Geachte heer Klein

Welke aanhef is goed bij een zakelijk e-mail aan je docent Marlies Manten?

1. Beste mevrouw manten,
2. beste mevrouw manten,
3. Beste Mevrouw Manten
4. Beste mevrouw Manten,

Welke afsluiting is goed?

1. Met Vriendelijke Groet,
2. Met vriendelijke groet,
3. Met vriendelijke groet
4. Met vriendelijke Groeten

Zakelijke e-mail schrijven

1. Email schrijven
2. Samenwerken met medestudent. Controleer elkaars e-mail m.b.v het beoordelingsformulier
3. Bespreek samen de beoordelingsformulieren
4. Verbeter je e-mail op basis van de feedback
5. Mail de verbeterde versie naar: [e-mail]

Nederlands - Schrijven

Lesdoel:

Ik schrijf een verzorgde e-mail.

Herhalen & Samenvatten

• Hoeveel schrijfopdrachten krijg je op het examen? 
• Wat is het verschil tussen informeel en formeel taalgebruik?
• Wat zijn de vaste onderdelen in een e-mail?
• Wat is een goede aanhef voor een zakelijke e-mail?
• Wat is een goede afsluiting voor een e-mail?

Deze les was

1. Leuk
2. Inspannend
3. Ingewikkeld
4. Heel leuk