Signalementen + voorwerpbeschrijving 3 oktober

• HTV Praktijk
• MBO
• Studiejaar 1

Planning

- 12.00 - 13.00 uur: bespreken opdracht 3 filmpjes + uitleg persoonsbeschrijving

- 13.00 - 13.15 uur: pauze

- 13.15 - 13.45 uur: uitleg voorwerpomschrijving

- 13.45 - 14.00 uur: afronding les

Casus straatafval

- Omschrijf het afval concreet (plastic flesje, blikje, bakje, etc.)

- Beschrijf het achterlaten concreet

- Beschrijf waar het afval precies werd achter gelaten (bijvoorbeeld de rijbaan, het trottoir, etc.) --> openbare ruimte

Casus straatafval

Ik zag toen dat daar een man een plastic flesje met daarin ijsthee op de rijbaan ter hoogte van 'Winkelcentrum het Groote Genoegen' gooide en achterliet.

Ik zag dat de man wegliep van het plastic flesje en deze op de rijbaan liet liggen zonder deze op te ruimen of deze in een daartoe bestemde afvalbak te gooien.

Op mijn verzoek heeft de man het plastic flesje opgeruimd.

Portfolio

Zorg dat je je portfolio voor SD&C bijwerkt!

Vragen????

Persoons- en voorwerpbeschrijving

- Signalementsleer

- Nut & belang voorwerpbeschrijving

- Voorkennis voorwerpbeschrijving

- Theorie

- Opdracht

Signalementen

- Primaire kenmerken 

- Secundaire kenmerken

- Bijzondere kenmerken

- Locatie + (vlucht)richting

- Voertuig

Als je naar het signalement van een persoon kijkt zijn primaire kenmerken o.a.;

1. Lengte en haardracht
2. Leeftijd en haarkleur
3. Geslacht en kleding
4. Leeftijd en postuur

Benoem 2 primaire kenmerken

Als je naar het signalement van een persoon kijkt zijn secundaire kenmerken o.a.;

1. Accent (spraak) en huidskleur
2. Huidskleur en haardracht
3. Huidskleur en haardracht
4. Kleding en haarkleur

Benoem 2 secundaire kenmerken

www.pvonh.nl

Opdracht

Maak een signalement op van de persoon op de foto.

Begin met de primaire kenmerken, daarna de secundaire kenmerken.

Maak een compleet signalement van jezelf:

Beschrijf dit
voorwerp?

Voorwerpbeschrijving

Hoe ga je te werk?

- Als een camera die inzoomt

- Van algemeen naar bijzonder

- Van groot naar klein

Werkwijze

Beschrijf achtereenvolgens:

1. Positie --> van waaruit jij naar het voorwerp kijkt

2. Omgeving --> waarin het voorwerp zich bevindt

3. Wat voor voorwerp --> wat is het?

4. Positie --> positie van het voorwerp in de omgeving / ruimte

5. Bijzonderheden --> beschrijf bijzonderheden van het voorwerp.

 Omschrijf de volgende voorwerpen zoals hiervoor besproken

                    

                    1.                                                   2.                                      

Omschrijving voorwerpen

Wanneer het jouw beurt is, geef je de

omschrijving van één van de voorwerpen

van de vorige dia (auto of fiets). 

Bijzonderheden voorwerpbeschrijving

Bijzonderheden

Beschrijf je omdat het er om 

gaat dat het voorwerp ook 

buiten zijn omgeving herkent 

moet worden.

Waar herken jij jouw fiets?