Les 6 - V3 - hablar sobre la rutina diaria

Clase de español - V3- 45 min
jueves, 1 de diciembre de 2022

Objetivo
Hablar de tu rutina diaria
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Clase de español - V3- 45 min
jueves, 1 de diciembre de 2022

Objetivo
Hablar de tu rutina diaria

Slide 1 - Diapositive

Las clases de la semana pasada
¿Qué has aprendido en la clase de jueves?
¿Es un tema difícil?
¿Por qué (no)?

Slide 2 - Diapositive

Los deberes para hoy

Slide 3 - Diapositive

La rutina diaria - repasar

Slide 4 - Diapositive

Escribe 5 verbos reflexivos
de la rutina diaria

Slide 5 - Carte mentale

¿Objetivo de la clase?
Al final de la clase puedes hablar sobre tu rutina diaria.

Slide 6 - Diapositive

levantarse
  1. me levanto
  2. te levantas
  3. se levanta
  4. nos levantamos
  5. os levantáis
  6. se levantan

Slide 7 - Diapositive

En esta clase . . . 
Vas a aprender los verbos reflexivos IRREGULARES
Vas a practicar con el vocabulario sobre 
la rutina diaria


Slide 8 - Diapositive

DESPERTARSE (-IE)

  1. me despierto
  2. te despiertas
  3. se despierta
  4. nos despertamos
  5. os despertáis
  6. se despiertan

Slide 9 - Diapositive

VESTIRSE(-I)

  1. me visto
  2. te vistes
  3. se viste
  4. nos vestimos
  5. os vestís
  6. se visten

Slide 10 - Diapositive

ACOSTARSE(-UE)

  1. me acuesto
  2. te acuestas
  3. se acuesta
  4. nos acostamos
  5. os acostáis
  6. se acuestan

Slide 11 - Diapositive

PONERSE (onregelmatige ik-vorm)
  1. me pongo
  2. te pones
  3. se pone
  4. nos ponemos
  5. os ponéis
  6. se ponen

Slide 12 - Diapositive

Los verbos de la rutina diaria - solos
  1. Aya_______ (despertarse) a las siete.
  2. Toby y Pieter _________ (acostarse) a las diez.
  3. La profe ZWT __________ (cenar) a las siete y media.
  4. Thaam________ (jugar) al fútbol todos los días.
  5. Valentijn ____ (vestirse) a las diez los fines de semana.
  6. Stella _____ (almorzar, ue) un bocadillo de Hergo.
  7. Las chicas ____ (maquillarse) antes de ir de compras
  8. Vosotros ______ (cepillarse los dientes) antes de salir de casa.

Slide 13 - Diapositive

Los verbos de la rutina diaria - dúos

Comparar vuestras respuestas

Slide 14 - Diapositive

Los verbos de la rutina diaria - corregir
  1. se despierta
  2. se acuestan
  3. cena
  4. juega
  5. se viste
  6. almuerza / come
  7. se maquillan
  8. os cepilláis los dientes

Slide 15 - Diapositive

La clase de ayer
¿Cómo habéis repasado el vocabulario?
¿Cómo hemos practicado los verbos reflexivos?
¿Cómo has practicado la pronunciación?
¿Y por qué todo esto?

Slide 16 - Diapositive

Escribir preguntas sobre la rutina diaria
Haz una lista de 8 preguntas sobre la rutina diaria de tus compañeros de clase EN TU CUADERNO
Maak een lijst van 8 vragen (in het Spaans) die je je klasgenoten kan stellen over hun dagelijkse routine.
Maak in minimaal 4 vragen gebruik van 
¿A qué hora .....?
timer
8:00

Slide 17 - Diapositive

Hablar de la rutina
Hoja de la profe
Loop de door de klas en stel gedurende 45 seconden vragen aan een klasgenoot
Schrijf de naam van je klasgenoot, de tijd en de activiteiten van de dagelijks routine op.
Na het signaal ga je vragen stellen aan een andere klasgenoot.

timer
0:45

Slide 18 - Diapositive

Hoe ging het praten over je dagelijkse routine?
A
Heel goed, ik kon vlot antwoord geven op de vragen
B
redelijk, ik kon wel antwoord geven, maar ik moest lang nadenken
C
Matig Het lukt mij nog niet zo goed om antwoord te geven

Slide 19 - Quiz

Los grupos en la esquina del aula indicada por ZWT
Grupo A
goed
Nog een keer oefenen zonder het blaadje met de vragen. Maak een spiekbriefje met alleen het onvervoegde werkwoord van de dagelijkse routine in het Nederlands en de tijd. 
Grupo B
redelijk
Ga nog een keer op dezelfde manier oefenen, maar nu met andere klasgenoten uit jouw groep
Grupo C
matig
Kies een klasgenoot uit jouw groep en schrijf de antwoorden op zijn/haar vragen in je schrift. Ga dan nog een keer oefenen.

Slide 20 - Diapositive

Hoe ging het praten over je dagelijkse routine nu?
A
Nog steeds goed
B
Beter
C
Nog steeds matig.

Slide 21 - Quiz

Tarea del tema 2
Vamos a leer p. 4 y 5 del reader on line

Slide 22 - Diapositive

Als ik nu een vlog zou moeten maken over mijn dagelijkse routine dan zou ik dat goed kunnen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Sondage

Los deberes para la próxima semana
Leren:
V3 Werkwoordenlijst - regelmatig -AR p. 59 en 60 reader SP-NL
Vervoeging van verbos reflexivos
la hora 
Herhalen: de perfecto (regelmatig en onregelmatig) / woordenlijst la rutina diaria
Maken: ejercicios p. 6/7 del reader in teams/bestanden


Slide 24 - Diapositive