§14.3 Impulsgeleiding

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

bolletje = cellichaam

axon (dakje)

dendriet

sensorische zenuw

§14.3 Impulsgeleiding

Pak BINAS 88 F = actiepotentiaal

(en D + en - lading)

en je schrift.

actiepotentiaal             impuls

rustpotentiaal          drempelwaarde

depolarisatie

repolarisatie

hyperpolarisatie         refractaire periode

BINAS

88F

phet.colorado.edu

Waar vinden de volgende gebeurtenissen bij deze actiepotentiaal plaats?

rustpotentiaal, depolarisatie, drempelwaarde bereikt, hyperpolarisatie, K+-kanalen open, Na+ kanalen open, refractaire periode, repolarisatie

Depolarisatie

Repolarisatie

Prikkeldrempel

Rustpotentiaal

Hyperpolarisatie

-70 mV

-50 mV

+30 mV

-75 mV

Drempelwaarde

Alles of niets: vanaf de drempelwaarde altijd dezelfde actiepotentiaal.

Sterkere prikkel van zenuw

=> hogere frequentie (sneller achter elkaar)

Je gaat afbeelden wat er op moleculair niveau gebeurt wanneer er een impuls langs komt, je beeld alle stappen van het actiepotentiaal uit en maakt hier striptekening van.

Stappen:
- Kies voor elk ion (Na+ & K+) een kleur  (en vorm)
- teken de celmembraan. Verdeel de ionen zo dat er sprake is van een rustpotentiaal
- Maak per fase een tekening (rustpotentiaal, depolarisatie, repolarisatie, hyperpolarisatie en rustpotentiaal), waarin je laat zien wat er gebeurt met de ionenconcentraties, de natrium- en kaliumkanaaltjes en de natriumkaliumpomp.
- Geef in de grafiek links onderin aan waar jullie je bevinden in het actiepotentiaal.