Herhaling

HERHALING
Wat weten we allemaal nog...
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

HERHALING
Wat weten we allemaal nog...

Slide 1 - Diapositive

10 %=
20 %=
50 %=
25 %=
delen door 2
delen door 4
delen door 10
delen door 5

Slide 2 - Question de remorquage

Je krijgt 15% korting op een TV van 600 euro. Hoeveel korting krijg je?
A
15 euro
B
600 euro
C
niks
D
90 euro

Slide 3 - Quiz

Je krijgt 15% korting op een TV van 600 euro. Hoeveel moet je nu betalen?
A
600 - 90 = 510 euro
B
600 - 15 = 585 euro
C
600 + 90 = 690 euro
D
600 + 15 = 615 euro

Slide 4 - Quiz

Welke eenheid hoort er bij snelheid?
A
km
B
uur
C
m/s
D
km/u

Slide 5 - Quiz

Je rijdt 80km/u. Hoe lang doe je dan over een afstand van 160km
A
1 uur
B
2 uur
C
3 uur
D
kun je niet uitrekenen

Slide 6 - Quiz

Je rijdt 80km/u. Hoe lang doe je dan over een afstand van 40km
A
1 uur
B
2 uur
C
0,5 uur
D
kun je niet uitrekenen

Slide 7 - Quiz

1,2 uur =
A
12 minuten
B
120 minuten
C
72 minuten
D
kun je niet uitrekenen

Slide 8 - Quiz

1,2 uur =
A
1 uur en 12 minuten
B
1 uur en 20 minuten
C
1 uur en 2 minuten
D
kun je niet uitrekenen

Slide 9 - Quiz

Hoeveel liter past er in een glas?
A
0,5 liter
B
1 liter
C
0,1 liter
D
0,2 liter

Slide 10 - Quiz

Hoeveel meter zit er tussen 2 bomen langs de weg?
A
2 meter
B
20 meter
C
200 meter
D
2000 meter

Slide 11 - Quiz

Hoeveel bomen staan er langs één kant van de weg van 200 meter lang?
A
200 bomen
B
100 bomen
C
20 bomen
D
10 bomen

Slide 12 - Quiz

Hoe lang is een auto ongeveer?
A
1 meter
B
2 meter
C
4 meter
D
10 meter

Slide 13 - Quiz

Hoeveel auto's staan er in een file van 2 km lang. De weg heeft 2 rijbanen.
A
Per rijbaan 2000 : 2 = 1000 Dus 2000 auto's
B
Per rijbaan 2000 : 4 = 500 Dus 1000 auto's.
C
Per rijbaan 200 : 2 = 100 Dus 200 auto's
D
Per rijbaan 200 : 2 = 100 Dus 200 auto's

Slide 14 - Quiz

Je wil weten hoeveel leerlingen er ongeveer op het Merlet zitten.
Wat moet je dan weten?
A
Hoe oud de leerlingen zijn.
B
Hoeveel klassen er zijn.
C
Hoe groot een klas ongeveer is.
D
Hoeveel lokalen er zijn.

Slide 15 - Quiz

Hoeveel leerlingen zitten er in een klas?
A
15 leerlingen
B
25 leerlingen
C
35 leerlingen
D
45 leerlingen

Slide 16 - Quiz

Einde herhaling...

Nu aan de slag met blz 120 en 121


Huiswerk voor woensdag 25 november 2e les: mk blz 120 en 121

Slide 17 - Diapositive