Blok 6

Mens en Gezondheid

- BMI berekenen 

- Hoeveel suiker?

- Blok 6 
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 4

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Mens en Gezondheid

- BMI berekenen 

- Hoeveel suiker?

- Blok 6 

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
Lesuur 3 = Praktijktoets 
Lesuur 4 = Theorie 

PAUZE

Lesuur 5 + 6 = zelfstandig werken 

Slide 2 - Diapositive

Wat is een gezondheidscentrum?

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Welke beroepen ken je als assistent in de gezondheidszorg?

Slide 5 - Diapositive

Diabetes

Mensen hebben glucose (suiker) nodig als bron van energie. Glucose is een koolhydraat, het zit in o.a.  brood, aardappelen, rijst, pasta, fruit en kristalsuiker.
Het hormoon insuline zorg ervoor dat het bloedsuikergehalte constant is, zodat je altijd genoeg glucose (en dus energie) hebt.
Er zijn 2 soorten diabetes:

diabetes type 1  is een auto-immuunziekte, komt vooral voor bij kinderen en jongvolwassenen. Er wordt niet of nauwelijks insuline aangemaakt, waardoor het bloedsuikergehalte in het bloed stijgt. Mensen met diabetes type 1 moeten elke dag bloedsuiker meten, insuline spuiten of een pompje dragen. Voordat ze iets eten, moeten ze eerst berekenen hoeveel insuline ervoor nodig is.
diabetes type 2  negen van de tien mensen met diabetes hebben diabetes type 2, ontstaat meestal bij mensen van middelbare leeftijd. Diabetes type 2 kan ontstaan door: weinig lichaamsbeweging, ongezond eten, roken, ouder worden, erfelijkheid. Doordat dit type door een ongezonde leefstijl kan ontstaan, rekenen we diabetes type 2 tot de welvaartsziekten.
Iedereen kan in principe diabetes type 2 krijgen, maar sommige mensen hebben een hoger risico.











Slide 6 - Diapositive

Diabetes type 2 is een voorbeeld van een welvaartsziekte.

Hoe zijn welvaartsziekten ontstaan?

A
Doordat er steeds meer medicijnen zijn ontwikkeld.
B
Doordat kinderen meer zijn gaan buitenspelen.
C
Doordat de leefstijl van mensen is veranderd door meer overvloed.
D
Doordat er meer welzijn in Nederland is gekomen.

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Lien

Layla heeft diabetes.

Wat is een ander woord voor diabetes?

A
griep
B
blaasontsteking
C
nierziekte
D
suikerziekte

Slide 9 - Quiz

Iemand met diabetes heeft dit teveel in het bloed
A
insuline
B
adrenaline
C
glucose
D
zout

Slide 10 - Quiz

Als iemand suikerziekte/diabetes heeft, wat maakt het lichaam niet aan?
A
Suiker
B
Glycogeen
C
Insuline
D
Glucose

Slide 11 - Quiz

Wie krijgen diabetes type 1 meestal
A
Ouderen
B
Jongeren
C
Pubers

Slide 12 - Quiz

Mevrouw Jansma heeft diabetes type 2.

Wat kun je het best voor haar inschenken als ze wat wil drinken?

A
Frisdrank
B
chocolademelk
C
Koffie met suiker
D
thee zonder suiker

Slide 13 - Quiz

Welke voedingsstof moet een cliënt met diabetes goed over de dag verdelen?
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Mineralen
D
Vet

Slide 14 - Quiz

welke voeding is niet goed voor mensen met diabetes?
A
mager vlees
B
vis
C
gevulde koek
D
volkorenbrood

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Vidéo

BMI (Body Mass Index)
Internationale meetmethode die laat zien of je een gezond gewicht heb ik verhouding tot je lengte. 

Lengte x Lengte
1,70 x 1,70 = 2,89

Gewicht : uitkomst van lengte x lengte
60 : 2,89 = 20,76 – afgerond 20,8





Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Wat is jou BMI?

Slide 19 - Question ouverte

Suiker


Maak blok 6 opdracht 5 + 6


Slide 20 - Diapositive

Veel suiker
weinig suiker

Slide 21 - Question de remorquage

Heel grof genomen kun je een onderscheid maken tussen suikers die van nature  voorkomen in voedsel enerzijds en anderzijds geraffineerde suiker.
Geraffineerde suiker vermijden wij, natuurlijke suiker niet.

Slide 22 - Diapositive

Van nature komt suiker in veel planten voor: 
vruchten bevatten veel natuurlijke suikers en ook in groenten komen natuurlijke suikers voor. 
Daarmee is helemaal niets mis, ze zijn juist heel gezond voor je lichaam. 
Daarom eten wij ook volop fruit en groente, natuurlijk ook goed vanwege de vele vitamines, vezels etc.
De suikers in fruit hebben zelfs een zuiverende werking op je spijsverteringskanaal, 
mits je fruit los van ander voedsel en op een lege maag eet.
Natuurlijke suiker

Slide 23 - Diapositive

Hoeveel toegevoegde klontjes suiker zit er volgens jou in een blikje Coca Cola?
(330 Milliliter)

Slide 24 - Question ouverte

1 blikje cola = 8 klontjes suiker​​

Slide 25 - Diapositive

Er zit 32 gram suiker in 1 blikje cola  dus 32/4 = 8
Een suikerklontje is 4 gram suiker

Slide 26 - Diapositive

Hoeveel gram suiker wordt volgens u per dag aanbevolen door
De World Health Organization
Onder de 15
Rond de 25
Rond de 45
Rond de 60
Meer dan 75

Slide 27 - Sondage

Een volwassen vrouw mag per dag 50 gram aan vrije suikers binnen krijgen. 
Een volwassen man mag 60 gram. 
Let op: dit advies geldt voor vrije suikers. Dit zijn alle suikers die door de fabrikant zijn toegevoegd en alle suikers uit honing, siropen, vruchtensappen en vruchtenconcentraat.
hoeveel suiker mag je per dag?

Slide 28 - Diapositive

Denk je dat je op een doorsnee dag zoveel suiker binnenkrijgt?
Nee, minder
Ja, zo ongeveer
Nee ,veel meer

Slide 29 - Sondage

Laten we gaan kijken hoeveel suiker er in de volgende producten zit

Slide 30 - Diapositive

Heinz ketchup
Hoeveelheid per 100 g

Energie (kcal) 111
Vet 0,2 g
Verzadigd 0,1 g
Meervoudig onverzadigd 0,1 g
Enkelvoudig onverzadigd 0,1 g
Cholesterol 0 mg
Natrium 907 mg
Kalium 315 mg
Koolhydraten 26 g
Voedingsvezels 0,3 g
Suikers 22 g
Eiwitten 1,3 g
Vitamine A 513 Vitamine C 4,1 mg
Calcium 16 mg IJzer 0,4 mg
Vitamine D Vitamine B6 0,2 mg
Vitamine B12 Magnesium 15 mg

Slide 31 - Diapositive

Brownie
Hoeveelheid per 100 g

Vet 29 g
Verzadigd 7 g
Meervoudig onverzadigd 9 g
Enkelvoudig onverzadigd 11 g
Cholesterol 73 mg
Natrium 343 mg
Kalium 176 mg
Koolhydraten 50 g
Eiwitten 6 g
Suiker 32
Vitamine A 827 
 Vitamine C 0,3 mg
Calcium 57 mg 
 IJzer 1,8 mg
Vitamine B6 0,1 mg 
 Vitamine B12 0,2
Magnesium 53 mg 

Slide 32 - Diapositive

Groene Appel​
1 stuk (135 gram) appel

Energie 76 kcal

Vet 0,3 g - waarvan verzadigd 0 g

Koolhydraten 16,2 g - waarvan suikers 14 g

Vezels 2,7 g
Eiwit 0,4 g
Zout 0 g

Slide 33 - Diapositive

Noten
Hoeveelheid per 100 g

Energie (kcal) 606
Vet 54 g Verzadigd 9 g
Meervoudig onverzadigd 15 g
Enkelvoudig onverzadigd 28 g
Transvet 0,1 g
Cholesterol 0 mg
Natrium 273 mg
Kalium 632 mg
Koolhydraten 21 g
Voedingsvezels 7 g
Suikers 4,2 g Niet in alle noten zit suiker!!

Eiwitten 20 g
Vitamine A 3 Vitamine C 0,5 mg
Calcium 117 mg IJzer 2,6 mg
Vitamine D 0 Vitamine B6 0,4 mg
Vitamine B12 0 Magnesium 229 mg

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Vidéo

Opdracht 9 soort per 100 gram
Glutenvrij

Energie 740 kJ (175 kcal)
Vet 3.9 g
waarvan verzadigd 1.3 g
Koolhydraten 30 g
waarvan suikers 4.5 g
Voedingsvezel 0.2 g
Eiwitten 5 g
Zout 0.53 g
Lactosevrije 

Energie 744 kJ (178 kcal)
Vet 3.8 g
waarvan verzadigd 1 g
Koolhydraten 28 g
waarvan suikers 3.7 g
Voedingsvezel 1.3 g
Eiwitten 7.4 g
Zout 0.11 g

Slide 36 - Diapositive