Oefenvragen Voeding Les 2

Les 2 Voeding: Gezonde voeding: De schijf van 5
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Les 2 Voeding: Gezonde voeding: De schijf van 5

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel
  1. Wat zijn voedingsgewoonten.
  2. Beschrijf wat is de schijf van 5, en welke adviezen staan erin.
  3. Wat is een voedselinfectie?
  4. Leg uit wat voedselhygiene is, noem een aantal tips.
  5. Wat is kruisbesmetting ?
  6. .Welke soorten vetten er zjjn en welke gezond zijn




Je noteert de belangrijkste begrippen en hun betekenis in je schrift.
Je maakt een samenvatting. Bij elke slide zie je een pijl, dat betekent dat je iets in je schrift gaat schrijven. Dit is een verplicht onderdeel van deze les.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Lever
A
niet leren
B
Maag

C
Alvleesklier.
D
niet leren
D
Twaalfvingerigedarm. Het eerste deel van de dunne darm
F
Galbuis
H
Galblaas: 

G
Je kent ook de slokdarm, 
dikke darm endeldarm
 en anus. 
Maak een mindmap / samenvatting / tekstschema over: 
1.  Lever - Alvleesklier - Galblaas
2. Maag (gebruik hiervoor de info van de volgende slides)


Je kunt de onderdelen benoemen
Leer de onderdelen. van  de afbeelding 
op pag. 62 van je boek

Slide 4 - Diapositive

Hoe heet het orgaan
rechts- onder het
donker bruine orgaan?
A
Lever
B
Maag
C
Galblaas
D
Alvleesklier

Slide 5 - Quiz

Het torso:
Hoe heet het donker bruine orgaan?
A
Het hart
B
De maag
C
De long
D
De lever

Slide 6 - Quiz


Je kent de vakken!
Ook zonder de afbeeldingen aan de zijkant!
A
1: groente en fruit
B
2: bereidingsvetten 3: Vlees, vis, zuivel, noten, kaas (weinig verzadigd vet en halfvol)
C
4: bruin / volkoren brood, volkoren :pasta/rijst, aardappel 5: dranken
D
Alles is waar

Slide 7 - Quiz

Waarmee kunnen we zetmeel aantonen ?
A
met helder kalkwater
B
met joodoplossing
C
met brood
D
met water

Slide 8 - Quiz

Bob zegt: 'Met zetmeel kan je jood aantonen, zetmeel is dus de indicator'

Mel zegt: 'Als ik alleen maar groente eet krijg ik alle voedingsstoffen binnen'

Tim zegt: 'Vitaminen zijn bouwstoffen en beschermende stoffen'

Wie heeft er gelijk?
A
Bob & Mel
B
Alleen Bob
C
Alleen Tim
D
Ze hebben allemaal ongelijk

Slide 9 - Quiz

Wat is gezonder voor de mens, verzadigde vetten of onverzadigde vetten?
A
Verzadigde vetten
B
Onverzadigde vetten

Slide 10 - Quiz

Karin zegt: Verzadigde vetten zijn gezonder dan onverzadigde vetten
Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 11 - Quiz

Energie wordt in je lichaam o.a gebruikt voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz


In welke twee vakken komen voedingsmiddelen voor die rijk zijn aan voedingsvezel?
A
Vak met groenten en fruiten en Brood en granen
B
Vak met groenten en fruit en vak met vis en kip etc.
C
Vak met melk, boter en olie en vak met vis en kip etc.
D
Vak met groenten en fruit en vak met melk, boter en olie.

Slide 13 - Quiz

Tot welk vak behoort welk vak behoort spaghetti?
A
Het vak met Brood en granen etc.
B
Het vak met groente en fruit
C
Het vak met zuivelproducten
D
Het vak met vis, kip en vlees etc.

Slide 14 - Quiz

In welk vak van de
schijf van vijf
staat bloemkool?
A
Blauw
B
Groen
C
Oranje
D
Rose en Geel

Slide 15 - Quiz

In de Schijf van Vijf staan producten die je eet en drinkt voor een gezonde levensstijl
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

Wat is de schijf van 5?
A
5 vakken met minder goede producten waar je niets uit mag nemen
B
5 vakken met alleen maar vette dingen waar je 1 keer per week iets uit mag kiezen
C
5 vakken vol goede producten waar je ieder dag iets uit kiest. Uit het ene vak wat meer dan het andere
D
5 vakken met goede en minder goede producten door elkaar Je kiest zelf de goede producten

Slide 17 - Quiz

In welk vak van de
schijf van vijf
zit veel zetmeel?
A
Blauw
B
Groen
C
Oranje
D
Rose en Geel

Slide 18 - Quiz

Hoe zorg je voor een gezond dieet volgens de schijf van vijf?
A
Eet elke dag uit elk vak evenveel
B
Eet elke dag uit alle vakken iets, in de juiste verhouding
C
Eet vooral groente en fruit
D
Eet weinig ongezonde dingen

Slide 19 - Quiz

In welke voedingsmiddelen
zitten vooral veel koolhydraten?
A
B
C
D

Slide 20 - Quiz

Wat klopt?
A
1 kcal = 420 kJ
B
1 kJ = 4,2 kcal
C
1 kcal = 42 kJ
D
1 kcal = 4,2 kJ

Slide 21 - Quiz

Op het etiket van een pak koekjes staat:
voedingswaarde per 100 g: energie 200 kJ.

Hoeveel kilocaloriën is 200 kJ?
A
40 kcal
B
48 kcal
C
800 kcal
D
20 kcal

Slide 22 - Quiz


Hoeveel kcal bevat een portie
A
1318
B
311
C
93
D
395

Slide 23 - Quiz


Je ziet een deel van een etiket. Op het etiket worden de waarden gegeven bij 100 gram.

Hoeveel kcal zit er ONGEVEER in 50 GRAM havermout
A
355
B
1493
C
746
D
177

Slide 24 - Quiz


3 kcal is ongeveer .......kJ
A
0,8 kJ
B
7,6 kJ
C
12,5 kJ
D
9 kJ

Slide 25 - Quiz

Gemiddeld:
Aan hoeveel calorieën heeft een man en een vrouw per dag voldoende.
A
Man: 2000 cal Vrouw: 2000 cal
B
Man: 2000 cal Vrouw: 2500 cal
C
Man: 2500 cal Vrouw: 2000 cal
D
Man: 3000 cal Vrouw: 2500 cal

Slide 26 - Quiz

Welk voedingsmiddel adviseer je aan een mager en zeer actief persoon? 
Volgende slide kies je het juiste antwoord

Slide 27 - Diapositive

Welk voedingsmiddel zal je adviseren aan een mager en zeer actief persoon?
A
Emmentaler
B
Groentespread
C
Pindakaas
D
Geitenkaas

Slide 28 - Quiz

Welk voedingsmiddel zal je voor een persoon met 'obstipatie' adviseren?
Volgende slide kies je het juiste antwoord

Slide 29 - Diapositive

Welk voedingsmiddel zal je voor een persoon met 'obstipatie' adviseren?
A
Pindakaas met stukjes noot
B
Gruyere
C
Groentespread
D
Sesampasta

Slide 30 - Quiz