Kind en natuur les 5 blok 8 Organismen

• Natuur
• MBO
• Studiejaar 2

Kind en natuur

Week 5 blok 4 

Overzicht van de weken

Week 1 Intro natuurbeleving en natuurbewustwording

Week 2 Uitval meivakantie

Week 3 Camouflage

Week 4 Uitval hemelvaart

Week 5 Organismen

Week 6 Uitval themaweek

Week 7 Groen schoolplein

Week 8 presentatie van de activiteit

Leerdoelen

- Organismen kunnen benoemen, omschrijven en herkennen in de natuur 

- De kenmerken van verschillende organismen kunnen beschrijven

- Kan het onderwerp organismen koppelen aan een praktijk activiteiten

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les zullen hebben geleerd.

Wat weet je al over organismen in de natuur?
Wat zijn organismen?

Wat zijn organismen?

Organismen zijn levende wezens zoals planten, dieren, bacteriën en schimmels.

Deze worden opgedeeld in vier rijken -->

Start de les met een definitie van wat organismen zijn.

Wat zijn kenmerken van organismen?

Kenmerken van organismen

- Organismen hebben een vorm 

- Organismen kunnen groeien en zich voortplanten 

- Organismen hebben energie nodig 

- Organismen kunnen reageren op hun omgeving

- Organismen hebben een metabolisme (stofwisseling, proces in het lichaam)

Beschrijf de belangrijkste kenmerken van organismen.

Verschillende soorten organismen

Er zijn veel verschillende soorten organismen, zoals planten, dieren, bacteriën en schimmels. 

Elke soort heeft zijn eigen kenmerken.

Laat afbeeldingen zien van verschillende soorten organismen om de leerlingen te laten zien hoe divers het leven kan zijn.

Herkennen van organismen

Om organismen te kunnen herkennen, moet je kijken naar hun kenmerken. 

Bijvoorbeeld de vorm, kleur, grootte, en hoe ze zich voortbewegen.

Leg uit hoe leerlingen organismen kunnen herkennen in de natuur en geef voorbeelden.

Opdracht: Herken de organismen

Elk groepje krijgt verschillende organismen d.m.v. afbeeldingen. 

Aan jullie de taak om deze in te delen in de vier verschillende rijken. 

Laat de afbeeldingen op het bord zien of print ze uit en geef ze aan de leerlingen. Loop rond en help de leerlingen waar nodig.

Gebruik hiervoor document ordening in de biologie! Zie teams.

Opdracht: koppeling naar de praktijk

Naar aanleiding van dit onderwerp, de vier verschillende rijken en de afbeeldingen die we hebben gezien ga je in een groepje van 3 personen nadenken over de koppeling naar de praktijk. 

Hoe zou je dit onderwerp met kinderen kunnen behandelen?

Denk na over een activiteit die bij jullie doelgroep aansluit.

Huiswerk

Maak foto's van het buitenplein van jouw stage

Herhaal de belangrijkste punten van de les en laat de leerlingen vragen stellen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.