Hoofdstuk 4 De inhoud van de arbeidsovereenkomst

1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
ArbeidsrechtMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Vormvrij betekent
A
mondeling en schriftelijk
B
mondeling of schriftelijk, werkgever (wg) kiest.
C
mondeling of schriftelijk, werknemer (wn) kiest.
D
mondeling of schriftelijk, wg en wn mogen dat samen zelf bepalen.

Slide 4 - Quiz

"Een mondelinge arbeidsovereenkomst is rechtsgeldig."
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Diapositive

Noem zoveel mogelijk onderwerpen waarover de werkgever verplicht schriftelijk informatie moet verstrekken.

Slide 7 - Carte mentale

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Van deze regel mag je nooit afwijken:
A
Dwingend recht
B
Driekwart dwingend recht

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Van deze regel mag je afwijken bij CAO of OR:
A
Dwingend recht
B
Driekwart dwingend recht
C
Tweederde dwingend recht
D
Semidwingend recht

Slide 18 - Quiz

Van deze regel mag je afwijken bij individuele arbeidsovereenkomst:
A
Dwingend recht
B
Driekwart dwingend recht
C
Tweederde dwingend recht
D
Semidwingend recht

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

In welke van de volgende situaties is een proeftijd NIET toegestaan?
A
Bij een contract van onbepaalde tijd.
B
Bij een tijdelijk contract van een jaar.
C
Bij een tijdelijk contract van een half jaar.
D
Bij een tijdelijk contract wegens vervanging.

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Diapositive

Een concurrentiebeding moet altijd schriftelijk vastgelegd worden.
A
Dit is juist.
B
Dit is onjuist.

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Diapositive

Welke sancties gelden er bij een overtreding van een beding?
A
Een waarschuwing/berisping.
B
Een boete.
C
Een schadevergoeding.
D
Alle antwoorden zijn juist.

Slide 35 - Quiz

Een werkgever mag je emails controleren:
A
Nee, nooit.
B
Ja, altijd.
C
Ja, steekproefsgewijs.
D
Ja, steekproefsgewijs met opgaaf van reden.

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive