Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Interpunctie
Welkom bij Nederlands!
1 / 34
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
Cette leçon contient
34 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Welkom bij Nederlands!
Slide 1 - Diapositive
Vandaag
Info
Uitleg interpunctie
Oefenen
Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
Met leestekens maak je het verschil.
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Waar mis je de interpunctie?
Slide 5 - Diapositive
Komma
Slide 6 - Diapositive
Hij zat op haar schoot en rustte uit.
Hij zat op haar, schoot en rustte uit.
Slide 7 - Diapositive
Wat staat hier?
De meester zei Pietje is een monster
Slide 8 - Diapositive
Wat staat hier?
De meester zei: "Pietje is een monster."
Slide 9 - Diapositive
Wat staat hier?
"De meester," zei Pietje, "is een monster."
Slide 10 - Diapositive
Info
Uitleg: Schrijven van betoog/meninggevende tekst
Werken
Vragen?
Afsluiting
Komma
Tussen twee ww van een ander gezegde;
Tussen bijv. nw. die van plek kunnen wisselen;
Tussen de delen van een opsomming;
Voor signaalwoorden: maar, want, omdat, doordat, tenzij, terwijl, mits, zodat, zodra;
voorbeeld
"Wie goed heeft opgelet, weet al wat ik ga vragen."
voorbeeld
"Dat is een kleine, blauwe tafel."
voorbeeld
"Wil je twee, drie of vier kaartjes bestellen?"
voorbeeld
"Ik blijf thuis, want ik moet nog veel huiswerk maken."
Slide 11 - Diapositive
Info
Uitleg: Schrijven van betoog/meninggevende tekst
Werken
Vragen?
Afsluiting
Komma - vervolg
Na een naam, aanhef of uitroep;
Voor een naam, aanhef of uitroep.
voorbeeld
"Poeh, moet dat allemaal naar boven?"
voorbeeld
"Komt u maar, meneer De Jong."
Slide 12 - Diapositive
dubbele punt (:)
De patiënt redt het niet het donorhart invriezen dus
Slide 13 - Diapositive
dubbele punt (:)
De patiënt redt het: niet het donorhart invriezen dus!
De patiënt redt het niet: het donorhart invriezen dus!
Slide 14 - Diapositive
dubbele punt (:)
1) Voor een toelichting of verklaring
Vingerafdrukken worden als uniek beschouwd: zelfs verschillende vingers van dezelfde hand zijn niet gelijk.
Slide 15 - Diapositive
dubbele punt (:)
1) Voor een toelichting of verklaring
2) voor een opsomming
De volgende leerlingen moeten nablijven: Daniël, Demi, Anouk en Annelin.
Slide 16 - Diapositive
dubbele punt (:)
1) Voor een toelichting of verklaring
2) voor een opsomming
3) Voor een citaat
De docent meldde: "Maak je huiswerk en stel de juiste vragen, dan hoef je amper te leren voor de toets."
Slide 17 - Diapositive
Leestekens: puntkomma
Als je twee zinnen wil samenvoegen die sterk samenhangen:
''We moesten overal lang wachten; vooral de wachtrij van de Vliegende Hollander was lang.''
Je kunt de puntkomma hier vervangen door een punt.
Slide 18 - Diapositive
Ik weet wel hoe het komt * jij speelt de bal nooit af.
A
,
B
;
C
:
Slide 19 - Quiz
In de avond lijkt het beter te gaan * ik heb geen idee hoe dat komt.
A
,
B
;
C
:
Slide 20 - Quiz
Terwijl ik de boel nog in de hand probeerde te houden * ging mijn vriend zelf op de vuist.
A
,
B
;
C
:
Slide 21 - Quiz
De toets ging erg goed * ik verwacht minimaal een 9.
A
punt
B
komma
C
puntkomma
D
dubbele punt
Slide 22 - Quiz
"Niet doen," schreeuwde hij op het einde nog.
A
goed
B
fout
Slide 23 - Quiz
"Ik heb het geprobeerd," zei hij, "maar het is me niet gelukt."
A
goed
B
fout
Slide 24 - Quiz
Kijk, daar heb je Mevrouw van de Water!
A
Goed
B
Fout
Slide 25 - Quiz
Tegenwoordig heet ze mevrouw van de Water-de Vries.
A
goed
B
fout
Slide 26 - Quiz
Heette ze niet mevrouw Van de Water-van de Kaart?
A
goed
B
fout
Slide 27 - Quiz
Waar komt de puntkomma?
Het concert is morgen er worden veel mensen verwacht.
A
Na "concert"
B
Na "is"
C
Na "morgen"
D
Na "veel"
Slide 28 - Quiz
Waar komt de puntkomma?
Zij heeft een nieuw kapsel het staat haar heel goed.
A
Na "kapsel"
B
Na "het"
C
Na "haar"
D
Na "heel"
Slide 29 - Quiz
Neem de zin over en plaats een komma waar nodig:
Ga eens aan het werk Emma.
Slide 30 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats een komma waar nodig:
Als je je huiswerk maakt kun je beter geen muziek aan hebben.
Slide 31 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats een komma waar nodig:
Het was rumoerig in het lokaal totdat de kernteamleider binnenkwam.
Slide 32 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats een komma waar nodig:
Ik hou er nu over op want dit heeft toch geen zin.
Slide 33 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats een komma waar nodig:
Als Marieke op zondag werkt krijgt ze extra betaald.
Slide 34 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Interpunctie
Février 2024
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
Interpunctie
Octobre 2024
- Leçon avec
40 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
20190311 leestekens
Mars 2019
- Leçon avec
17 diapositives
20-1 Instructie komma
Mai 2020
- Leçon avec
39 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Schrijfvaardigheid
Février 2022
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
2.2 instructie komma
Mars 2020
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Taalverzorging 4H deel 1 interpunctie
Janvier 2022
- Leçon avec
24 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Taalverzorging 4H deel 1 interpunctie
Septembre 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4