Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Interpunctie
Welkom bij Nederlands!
1 / 40
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
Cette leçon contient
40 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Welkom bij Nederlands!
Slide 1 - Diapositive
Interpunctie
Slide 2 - Diapositive
Lesdoelen
- Je kent het belang van het gebruik van interpunctie (gebruik van leestekens) en hoofdletters;
- Je hebt kennis van de belangrijkste theorie omtrent interpunctie en hoofdletters;
- Je hebt geoefend met kommagebruik
Slide 3 - Diapositive
Met leestekens en hoofdletters maak je het verschil!
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Waar mis je de interpunctie?
Slide 6 - Diapositive
Kommagebruik maakt verschil
Slide 7 - Diapositive
Bijvoorbeeld......
Hij zat op haar schoot en rustte uit.
Hij zat op haar, schoot en rustte uit.
Slide 8 - Diapositive
Wat staat hier eigenlijk?
De meester zei Pietje is een monster
Slide 9 - Diapositive
De meester zei: "Pietje is een monster."
Slide 10 - Diapositive
Of.....
"De meester," zei Pietje, "is een monster."
Slide 11 - Diapositive
Info
Uitleg: Schrijven van betoog/meninggevende tekst
Werken
Vragen?
Afsluiting
Komma
Tussen twee ww van een ander gezegde;
Tussen bijv. nw. die van plek kunnen wisselen;
Tussen de delen van een opsomming;
Voor signaalwoorden: maar, want, omdat, doordat, tenzij, terwijl, mits, zodat, zodra;
voorbeeld
"Wie goed heeft opgelet, weet al wat ik ga vragen."
voorbeeld
"Dat is een kleine, blauwe tafel."
voorbeeld
"Wil je twee, drie of vier kaartjes bestellen?"
voorbeeld
"Ik blijf thuis, want ik moet nog veel huiswerk maken."
Slide 12 - Diapositive
Info
Uitleg: Schrijven van betoog/meninggevende tekst
Werken
Vragen?
Afsluiting
Komma - vervolg
Na een naam, aanhef of uitroep;
Voor een naam, aanhef of uitroep.
voorbeeld
"Poeh, moet dat allemaal naar boven?"
voorbeeld
"Komt u maar, meneer De Jong."
Slide 13 - Diapositive
dubbele punt (:)
De patiënt redt het niet het donorhart invriezen dus
Slide 14 - Diapositive
dubbele punt (:)
De patiënt redt het: niet het donorhart invriezen dus!
De patiënt redt het niet: het donorhart invriezen dus!
Slide 15 - Diapositive
dubbele punt (:)
1) Voor een toelichting of verklaring
Vingerafdrukken worden als uniek beschouwd: zelfs verschillende vingers van dezelfde hand zijn niet gelijk.
Slide 16 - Diapositive
dubbele punt (:)
1) Voor een toelichting of verklaring
2) voor een opsomming
De volgende leerlingen moeten nablijven: Daniël, Demi, Anouk en Annelin.
Slide 17 - Diapositive
dubbele punt (:)
1
) Voor een toelichting of verklaring
2) voor een opsomming
3) Voor een citaat
De docent meldde: "Maak je huiswerk en stel de juiste vragen, dan hoef je amper te leren voor de toets."
Slide 18 - Diapositive
Leestekens: puntkomma
Als je twee zinnen wil samenvoegen die sterk samenhangen:
''We moesten overal lang wachten; vooral de wachtrij van de Vliegende Hollander was lang.''
Je kunt de puntkomma hier vervangen door een punt.
Slide 19 - Diapositive
Even oefenen....
Slide 20 - Diapositive
Ik weet wel hoe het komt * jij speelt de bal nooit af.
A
,
B
;
C
:
Slide 21 - Quiz
In de avond lijkt het beter te gaan * ik heb geen idee hoe dat komt.
A
,
B
;
C
:
Slide 22 - Quiz
Terwijl ik de boel nog in de hand probeerde te houden * ging mijn vriend zelf op de vuist.
A
,
B
;
C
:
Slide 23 - Quiz
Niet doen, schreeuwde hij op het einde nog.
A
goed
B
fout
Slide 24 - Quiz
"Ik heb het geprobeerd," zei hij, "maar het is me niet gelukt."
A
goed
B
fout
Slide 25 - Quiz
Hoofdletters
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Vidéo
Hoe schrijf je:
engels drop
A
Engels drop
B
engels drop
C
D
Slide 28 - Quiz
Hoe schrijf je:
loes van loo
A
Loes van Loo
B
Loes Van loo .
Slide 29 - Quiz
Hoe schrijf je:
ik ga met kerstmis naar groot- brittannië
A
Ik ga met Kerstmis naar Groot- Brittannië.
B
Ik ga met kerstmis naar groot- Brittannië.
C
D
Slide 30 - Quiz
Hoe schrijf je:
op dinsdag gaan we naar de maas
A
Op dinsdag gaan we naar de Maas.
B
Op Dinsdag gaan we naar De Maas.
Slide 31 - Quiz
Regel 1: organisaties, merken, producten
Organisaties, merken en producten krijgen een hoofdletter.
Apple
Verenigde Naties
Soms gebruiken bedrijven de hoofdletters afwijkend, je neemt dit dan over.
iPhone
Slide 32 - Diapositive
Regel 2: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Bij aardrijkskundige namen van landen, steden, rivieren enzovoort gebruik je een hoofdletter.
Eindhoven
Amerikaanse president
Ook bij volken, talen of dialecten gebruik je een hoofdletter.
Fransman
Limburgs dialect
Slide 33 - Diapositive
Regel 3: religieuze en culturele begrippen
Heilige begrippen wel een hoofdletter.
God
Bijbel
Godsdiensten en culturele stromingen en woorden die daarvan zijn afgeleid krijgen
geen
hoofdletter.
jodendom
humanisme
jood
God
Bijbel
Slide 34 - Diapositive
Namen van personen
Is er
geen
voornaam of voorletter, dan krijgt het tussenvoegsel
wel
een hoofdletter.
meneer De Vries
Bij een tweede achternaam krijgt het tussenvoegsel geen hoofdletter.
mevrouw Van de Ven - de Vries
Slide 35 - Diapositive
Geen hoofdletter
Seizoenen, maanden en gewone dagen krijgen
geen
hoofdletter.
zaterdag
januari
Ook een historische periode krijgt
geen
hoofdletter.
renaissance
prehistorie
Slide 36 - Diapositive
Wat is goed geschreven?
A
Met ananas erop is het geen Italiaanse pizza!
B
Met ananas erop is het geen italiaanse pizza!
Slide 37 - Quiz
Wat is goed geschreven?
A
Wil jij een pepsi max?
B
Wil jij een Pepsi Max?
C
Wil jij een Pepsi max?
Slide 38 - Quiz
Opdracht voor studiepunt
Maak op een blaadje Oefenexamen 1 opdracht 2 (Starttaal3F)
Zet je naam en klas bovenaan
Op de achterkant maak je binnenkort een betoog als opdracht 2
Slide 39 - Diapositive
Afsluiting
Boek Starttaal 3F
Volgende keer: betoog
Slide 40 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Interpunctie
Février 2024
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
Interpunctie
Février 2024
- Leçon avec
34 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
Schrijfvaardigheid
Février 2022
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
T3 Spelling blok 5
Avril 2024
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
2.2 instructie komma
Mars 2020
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Taalverzorging interpunctie
Septembre 2023
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Taalverzorging 4H deel 1 interpunctie
Septembre 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Taalverzorging 4H deel 1 interpunctie
Janvier 2022
- Leçon avec
24 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4