literatuur filmpjes Romantik, Klassik die Wende

Literatur 

6vwo

Kurzfilme
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 29 diapositives, avec diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Literatur 

6vwo

Kurzfilme

Slide 1 - Diapositive

Popliteratur

zie laatste Lessonup van Faserland Kapitel 8

Slide 2 - Diapositive

Klassik (1786 – 1805) und Romantik (1795-1830). 

Slide 3 - Diapositive

Neue Kontakte 5e Editie, 
Kurs Literatur, Seite 222, 223, 228, 229

Klassik (1786 – 1805) und Romantik (1795-1830).
Bekijk het filmpje in de volgende dia
 
Van je stencil: 
Märchen – Sprookjes (blz 2)
12 Archetypen – Jung (blz 2)
7 basic plots (blz 7)

Slide 4 - Diapositive

Opdrachten
Beantwoord de volgende vragen
Lees de beschrijving van Klassik (blz 222,223) en van Romantik (blz 222,228). 
Wat zijn de verschillen tussen deze stromingen? Wat zijn de overeenkomsten?
Verschillen                                               Klassik                          Romantik
  1. Wat wordt er gezegd over menselijk gedrag?
  2. Hoe is de menselijke natuur?
  3. Wat is de ideale periode?
  4. Wat is het ideaalbeeld?
  5. Hoe zien ze verstand en gevoel?
  6. Overeenkomsten







Slide 5 - Diapositive

1. De Romantik loopt voor een deel gelijk met de Klassik. 
Hoe kan dat?

2. Wie waren de belangrijkste schrijvers in de Klassik en Romantik?
Klassik:
Romantik:

3. In welke politieke/economische situatie bevindt Duitsland/de wereld zich? (gebruik het internet)


4.Let uit wat het verschil is tussen ons begrip ‘Romantiek’ en de Duitse literatuurperiode ‘Romantik’



Slide 6 - Diapositive

Bekijk het filmpje  en beantwoord deze vragen:
https://www.youtube.com/watch?v=ROObvneVdJ4.
(op de volgende dia)

5. Waarom zie je de personen op schilderijen uit de Romantik meestal van de achterkant?

6. Wat wordt duidelijk uit de middenas en de ovaal?

7. Wat is in schilderijen de betekenis van de horizon? 
(Zie Neue Kontakte, blz 228)



Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

die Brüder Grimm

Verzamelden volksverhalen en schreven ze op. Daarnaast schreven ze een Duitse grammatica

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Welke sprookjes zijn van de gebroeders Grimm? Noem er 5, gebruik het internet.
1
2
3
4
5
Wat is de oorspronkelijke functie van sprookjes?

Slide 11 - Diapositive

Sprookjes hadden een moraal. Leg uit wat de diepere betekenis is van de volgende gebeurtenissen:

  1. Hans en Grietje worden achtergelaten in het bos
  2. Roodkapje dwaalt af van het rechte pad
  3. Roodkapje gaat bloemen plukken in het bos / Hans en Grietje vinden een huis gemaakt van snoepgoed
  4. De boze wolf spreekt Roodkapje aan
  5. De boze wolf eet grootmoeder op  




Slide 12 - Diapositive

Archetype

De term ‘archetype’ vindt zijn oorsprong in het Oudgrieks. Het woord bestaat uit ‘arche’, wat ‘origineel of oud’ betekent; en ’type’, wat ‘patroon, model of type’ betekent. De gecombineerde betekenis is een “origineel patroon” waarvan alle andere gelijksoortige personen, objecten of

Slide 13 - Diapositive

Archetypes uitleg in de volgende video

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Uitleg archetype  en "Branding" in volgende korte video


Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

  
die Wendeliteratur (1989-1990)/
Gegenwartsliteratur (ab 1990)




Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

verdeling 
Berlijn tot
 1989

Slide 20 - Diapositive

Die Wende = der Mauerfall und die Wiedervereinigung Deutschlands
(die Wende, de val van het communisme in Oost-Duitsland in 1989-1990 die voorafging aan de Duitse hereniging)

Die Wende in Deutschland fand statt am 9. November 1989 als die Mauer in Berlin fiel und die Bürger aus der DDR in den Westen reisen durften. Die neue Freiheit beeinflusste die ganze Gesellschaft und dadurch auch die Literatur. Es entstand eine neue Strömung: Die Wendeliteratur.

Die Wendeliteratur gehört zur Gegenwartsliteratur(ab 1990). Sie beschäftigt sich mit Texten über Wende und Wiedervereinigung und Darstellungen der Haltungen, der Stimmungen und der Einstellungen zu den Veränderungen vor, während und nach 1989/90.

Slide 21 - Diapositive

Fragen
1. Tot welke stroming behoort de Wendeliteratur?
……………………………………
2. Waarom wordt Wendeliteratur zo genoemd?

Slide 22 - Diapositive

Nu eerst een stukje geschiedenis.
Bekijk het filmpje in de volgende dia en beantwoord deze vragen:

1. Wat weet je nu over het ontstaan van de 2 Duitse staten?
………………………………………………………….
2. Waardoor werd de economie van Bundesrepublik Deutschland(BRD), West Duitsland) beinvloed?
…………………………………………………….
3. Waardoor werd de economie van Deutsche Demokratische Republik(DDR) , Oost Duitsland, beinvloed?
……………………………………………
4. Wanneer eindigde dit en waardoor?
………………………………………….





Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Geschiedenis B : Filmpje duurt 5 Minuten in de volgende dia en beantwoord de vragen.

1. Wat wordt er gezegd over de samenvoeging van de 2 Duitslanden?
…………………….
2. Wat wordt er gezegd over de menselijke gevoelens van de DDR burgers?
………………….



Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

https://duitslandinstituut.nl/naslagwerk/1541/perceptie-van-de-eenwording

Lees de teksten in de link en beantwoord de vragen

1 Wat voor houding hadden de schrijvers in de DDR?
………………………………………………
2 Wat vonden de schrijvers van de omarming van het kapitalisme?
…………………………………………….   


Slide 27 - Diapositive

Lees de tekst inde link en beantwoord de vragen:

1. Hoe heet de ultieme Wenderoman 
    volgens dit artikel?
…………………………………………
2. Wie is de schrijver?
…………………………………………
3. Waarom is dit de ultieme Wenderoman is?
………………………………………

Slide 28 - Diapositive

Zum Schluss:

Neue Kontakte .
• Lees blz. 293 und 294 in Neue Kontakte en beantwoord de vragen in het boek op blz. 294.
• Lees blz. 295 en 296 –
 Die Geschichte: `Helden wie wir` 

en beantwoord de vragen van Aufgabe 1, 2, & 3
 



Slide 29 - Diapositive