1.6 reductiedeling (meiose)

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

1.6 reductiedeling (meiose)

Even herhalen

In de afbeelding is een stukje weefsel getekend.

1. waar
2. Niet waar

De witte kleur van de bloemen is een levenskenmerk van een madeliefje

1. waar
2. niet waar

Oude plantencellen hebben veel kleine vacuolen.

1. waar
2. niet waar

In de afbeelding zie je ...

1. cellen
2. weefsels
3. organen
4. orgaanstelsels

In cellen van planten en dieren komt een celmembraan voor.

1. waar
2. niet waar

Een bacterie is een organisme.

1. waar
2. niet waar

Welke processen zorgen voor stofwisseling?

1. Waarnemen, bewegen en ontwikkelen.
2. Groeien, voortplanten en voeden.
3. Ademhalen, voeden en uitscheiden.

Op welke plaats is het cytoplasma goed aangegeven?

1. afbeelding 1
2. afbeelding 2
3. afbeelding 3
4. afbeelding 4

Wat is dit voor cel?

Welke drie dingen heeft een plantaardige cel wel, maar een dierlijke cel niet?

Hoeveel chromosomenparen heeft een huisvlieg?

1. 6
2. 12
3. 24
4. 30

Welk deel van de cel regelt alles wat er in een cel gebeurd?

1. cytoplasma
2. celmembraan
3. celkern
4. kernmembraan

Een celkern met 78 chromosomen is afkomstig van?

Wat is nummer 1

1. Cytoplasma
2. Celkern
3. Celmembraan
4. kernmembraan

zet ze in de juiste volgorde van klein naar groot. 

Cel

orgaan

weefsel

organisme

orgaanstelsel

Reductiedeling (meiose)

- Mensen planten zich geslachtelijk voort met geslachtscellen; zaadcellen en eicellen. 

- geslachtcellen bevatten 23 chromosomen, één van elk paar. 

-  komt door reductiedeling (meiose) = vermindering 

stap 1: kopiëren

stap 2: spiraliseren 

Stap 3: chromosomenparen uit elkaar. Kernmembraam verdwijnt.

Stap 4: Celdeling

Stap 5: DNA ketens gaan uit elkaar. 

Stap 6: celdeling

(bij stap 6 zijn de chromosomen al niet meer te zien)

Hoeveel chromosomen bevat een geslachtscel?

Geslachtschromosomen bij de bevruchting

- bij de bevruchting versmelt de eicel met de zaadcel.

- 23 chromosomen paren. 

- één paar heeft twee geslachtschromosomen. 

twee soorten geslachtchromosomen:

1. een X-chromosoom

2. een Y-chromosoom. 

zaadcel bepaalt het geslacht

Maken

opdracht 1 t/m 6

blz. 36 t/m 40