Omgangskunde L2P3W5

Omgangskunde 
L2P3W5
21 maart
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Omgangskunde 
L2P3W5
21 maart

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning van vandaag
Gesprekstechnieken
Uitleg persona en casus en groepen maken

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gesprekstechnieken

Slide 3 - Carte mentale

welke gesprekstechnieken ken je al ? 
Wat is geen gesprekstechniek?
A
MAM
B
OEN
C
LSD
D
OMA

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor staat de afkorting van deze gesprekstechniek?
OMA

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor staat de afkorting van deze gesprekstechniek?
LSD

Slide 6 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

De belangrijkste gesprekstechniek is?
A
Horen
B
Luisteren
C
Samenvatten
D
Begrip tonen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor staat de afkorting van deze gesprekstechniek?
NIVEA

Slide 8 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor staat de afkorting van deze gesprekstechniek?
ANNA

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht Persona en casus
In groepje van 2-3 personen.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Samen met een of twee medestudenten ga je een persona beschrijven. Afgelopen twee jaar heb je ervaring opgedaan in de zorg door o.a. stages, gastcolleges en behandelde lesstof. Je kunt deze ervaring gebruiken ter inspiratie.
De persona vormt een leidraad voor het hulpverleningsgesprek (opdracht 4.2).
Ontwerp een persona, gebruik hierbij de volgende vragen.
1. ‘Vertel eens iets over jezelf’
2. ‘Waar woon je?’
3. ‘Wat voor dagbesteding heb je?’
4. ‘Heb je veel contact met je familie?’
5. ‘Wat vind je leuk om te doen? ‘
6. ‘Waar heb je een hekel aan?’
7. ‘Wat is voor jou belangrijk in de ondersteuning’
Je maakt op min 1 max 2 A4 een overzichtelijke persona, gebruik hierbij passende vormgeving, kleuren en een passende afbeelding of foto.
(zie voorbeeld; bijlage 1)

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Casus
Bij opdracht 4.1 heb je uitgebreid de persona beschreven. Je gaat in gesprek met deze persoon.
Hierbij kun je kiezen voor een informatief gesprek of een helpend gesprek 
In de casus beschrijf je kort waar het gesprek over zal gaan, zodat de verpleegkundige en de patiënt zich goed kunnen inleven in de rol.
Je beschrijft in de casus;
- Waar wordt het gesprek gevoerd?
- Waarom wordt dit gesprek gevoerd
- Wat is het onderwerp van het gesprek?
- Wie zijn er aanwezig

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten gesprek
Informatief gesprek.
Preventiegesprek: een gesprek om maatregelen te nemen om iets te voorkomen.
Voorlichtingsgesprek: een gesprek om voorlichting te geven over een bepaald onderwerp.
Intakegesprek: een gesprek waarbij je de zorgvrager interviewt wanneer hij voor het eerst binnenkomt.


Helpend gesprek

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions