Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
STAAL 3.1.4
STAAL
3.1.4
.
1 / 30
suivant
Slide 1:
Diapositive
Spelling
Basisschool
Groep 8
Cette leçon contient
30 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositive de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
STAAL
3.1.4
.
Slide 1 - Diapositive
leenwoorden
Slide 2 - Carte mentale
bloeden, Joris
tt-vt-vtt (geen punten!)
Slide 3 - Question ouverte
hechten, Sandra
tt-vt-vtt
Slide 4 - Question ouverte
verbinden, Joep
tt-vt-vtt
Slide 5 - Question ouverte
worden, Lola
tt-vt-vtt
Slide 6 - Question ouverte
In welke tijd staat deze zin?
De meester zette zijn tas naast zijn bureau.
A
tt
B
vt
C
vtt
Slide 7 - Quiz
De meester zette zijn tas naast zijn bureau.
Het ww-gezegde is:
Slide 8 - Question ouverte
De meester zette zijn tas naast zijn bureau.
Het onderwerp is:
A
zijn tas
B
de meester
C
zijn bureau
Slide 9 - Quiz
De meester zette zijn tas naast zijn bureau.
Het lijdend voorwerp is:
Slide 10 - Question ouverte
De meester zette zijn tas naast zijn bureau.
De bepaling van plaats is:
Slide 11 - Question ouverte
In welke tijd staat deze zin?
Mijn buurjongen verspreidt de folders.
A
tt
B
vt
C
vtt
Slide 12 - Quiz
Mijn buurjongen verspreidt de folders.
De folders is:
Slide 13 - Question ouverte
Rome is gebouwd op zeven heuvels.
De bepaling van plaats is:
Slide 14 - Question ouverte
De stad ligt aan de rivier de Tiber.
Slide 15 - Question ouverte
In Rome leven van oudsher de Romeinen.
Slide 16 - Question ouverte
Zij waren de baas in grote delen van Europa.
Slide 17 - Question ouverte
Dicteewoord 1
Slide 18 - Question ouverte
Dicteewoord 2
Slide 19 - Question ouverte
Dicteewoord 3
Slide 20 - Question ouverte
Dicteezin 1
Slide 21 - Question ouverte
Dicteezin 2
Slide 22 - Question ouverte
Dicteezin 3
Slide 23 - Question ouverte
We chatten op de computer over het programma.
Welk zinsdeel is chatten?
A
onderwerp
B
persoonsvorm
C
lijdend voorwerp
D
bepaling van plaats
Slide 24 - Quiz
We chatten op de computer over het programma.
Noem het onderwerp.
Slide 25 - Question ouverte
Ik heb in Den Haag tickets voor de musical gekocht.
Noem de persoonsvorm.
Slide 26 - Question ouverte
Ik heb in Den Haag tickets voor de musical gekocht.
Welk zinsdeel is heb gekocht?
A
onderwerp
B
werkwoordelijk gezegde
C
lijdend voorwerp
D
persoonsvorm
Slide 27 - Quiz
Ik heb in Den Haag tickets voor de musical gekocht.
Welk zinsdeel is ik?
A
persoonsvorm
B
lijdend voorwerp
C
onderwerp
D
bepaling van plaats
Slide 28 - Quiz
Ik heb in Den Haag tickets voor de musical gekocht.
Noem het lijdend voorwerp.
Slide 29 - Question ouverte
Ik heb in Den Haag tickets voor de musical gekocht.
Noem de bepaling van plaats.
Slide 30 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Spelling 6.3.3.
Mars 2022
- Leçon avec
37 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 7
Spelling 8 - 3_1_4
Octobre 2019
- Leçon avec
12 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 8
Werkwoorden 2
Janvier 2022
- Leçon avec
12 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 7
Werkwoordspelling
Janvier 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
NN basis Hf4 tv: verwijswoorden, tt,vt,vtt,mwvw, verkleinwoord
Février 2021
- Leçon avec
37 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Staal blok 5 meewerkend voorwerp
Janvier 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 8
Proefles o.v.t. zwakke en sterke werkwoorden, 1F
Avril 2018
- Leçon avec
27 diapositives
par
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
Werkwoord spelling
Septembre 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2