Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
§ 8-Persoonlijk + bezittelijk voornaamwoord
Persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Grammatica paragraaf 8
1 thavo
1 / 23
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
23 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
80 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Grammatica paragraaf 8
1 thavo
Slide 1 - Diapositive
W
Na deze les weet je hoe je persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden kunt herkennen en gebruiken
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Bekijk de volgende zin:
– Lieke zegt dat
ze
altijd met
haar
moeder naar de tandarts gaat.
In deze zin zijn
ze en haar
voornaamwoorden.
Ze wijzen allebei terug naar Lieke.
Voornaamwoorden zijn woorden die verwijzen naar personen, dieren of dingen.
Er zijn verschillende soorten voornaamwoorden.
Slide 7 - Diapositive
Een
persoonlijk voornaamwoord
(pers.vnw) duidt een
persoon of ding
aan:
Ze gaat naar de tandarts.
Hij is nogal lui.
Zij zijn een dagje weg.
Deze vulpen is van mij.
Truc: Op de plek van het pvnw kun je een naam of namen zetten
Tess gaat naar de tandarts. Piet is nogal lui.
Tess en Piet zijn een dagje weg. Deze vul[en is van Piet.
Piet en Tess zijn een dagje weg.
Slide 8 - Diapositive
Een
bezittelijk voornaamwoord (
bez.vnw) geeft aan
van wie iets is.
Het staat altijd vóór het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort
:
Ik ga met
haar
moeder naar school.
Jouw
nieuwe
tas is cool.
Dit is
mijn
vulpen.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Let op: het woord
HET
is persoonlijk voornaamwoord als het niet bij een zelfstandig naamwoord hoort en wel een duidelijke betekenis heeft:
- Dit verhaal is heel interessant, dus ik heb het (= dit verhaal) met aandacht gelezen.
In het schema zie je dat je,
haar, ons, jullie
en
hun
zowel
persoonlijk als bezittelijk voornaamwoord kunnen zijn.
Je kunt de woordsoort bepalen door het woord te vervangen.
Slide 11 - Diapositive
Een
persoonlijk voornaamwoord
kun je vervangen door
hij
of
hem
.
– Is deze auto van
jullie
(pers.vnw )? → Is deze auto van
hem
?
Een
bezittelijk voornaamwoord
kun je vervangen door "
zijn"
.
– Is dit
je
(bez.vnw) jas? → Is dit
zijn
jas?
Slide 12 - Diapositive
apps.noordhoff.nl
Slide 13 - Lien
Die van mij is stuk.
Is 'mij' een bezittelijk of een persoonlijk voornaamwoord?
A
bezittelijk voornaamwoord
B
persoonlijk voornaamwoord
Slide 14 - Quiz
Is ‘uw’ een persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
A
persoonlijk
B
bezittelijk
Slide 15 - Quiz
Welk woord kan zowel een persoonlijk als een bezittelijk voornaamwoord zijn?
A
hun
B
mijn
C
jullie
D
ze
Slide 16 - Quiz
Zijn pen doet het niet.
Is 'zijn' een bezittelijk of een persoonlijk voornaamwoord?
A
bezittelijk voornaamwoord
B
persoonlijk voornaamwoord
Slide 17 - Quiz
Geef die taart maar aan mij.
Is 'mij' een bezittelijk of een persoonlijk voornaamwoord?
A
bezittelijk voornaamwoord
B
persoonlijk voornaamwoord
Slide 18 - Quiz
Is dat etui van jou?
Is 'jou' een bezittelijk of een persoonlijk voornaamwoord?
A
bezittelijk voornaamwoord
B
persoonlijk voornaamwoord
Slide 19 - Quiz
Het was zijn eigen schuld.
Is 'zijn' een bezittelijk of een persoonlijk voornaamwoord?
A
bezittelijk voornaamwoord
B
persoonlijk voornaamwoord
Slide 20 - Quiz
Mijn fiets is gestolen!
Is 'mijn' een bezittelijk of een persoonlijk voornaamwoord?
A
bezittelijk voornaamwoord
B
persoonlijk voornaamwoord
Slide 21 - Quiz
Is 'ons' persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord:
Zij kijkt ons indringend aan.
A
pers.vnw
B
bez.vnw
C
geen van beide
D
allebei
Slide 22 - Quiz
Maken:
Blz. 219
opdr. 1-2+4
Zet de paragraaf , bladzijde en opdracht in je schrift!
Slide 23 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
§ 8 WS-Persoonlijk + bezittelijk voornaamwoord
January 2023
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
November 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
September 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
January 2025
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
27 days ago
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
February 2024
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
January 2025
- Leçon avec
23 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
1tha1 Ontleden woordsoorten / voorzetsels (5)
February 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1