Taaldorp - tips & tricks!

Taaldorp tips & tricks
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Taaldorp tips & tricks

Slide 1 - Diapositive



At the end of this lesson you'll know some tips & tricks for the language village

Slide 2 - Diapositive

Tips & tricks to improve your English speaking skills!
Speaking English: Tips & Tricks!
Tijdens Taaldorp moet je in 4 verschillende situaties laten zien dat jij je in het Engels kunt redden. 

Voor ene persoon is dat moeilijker dan voor de andere. Soms is het handig om wat 'trucjes' in huis te hebben om jezelf duidelijk te maken in het Engels.  Dat ga je leren in deze les!

Slide 3 - Diapositive

Hoe word jij beoordeeld?
1. Communicatie: snap jij wat er gevraagd/gezegd wordt en kun jij jouw boodschap overbrengen? (het belangrijkste beoordelingscriterium!)
2. Woordenschat.
3. Grammaticale correctheid.
4. Uitspraak en “fluency” (komt het er allemaal een beetje vlot uit?)

Slide 4 - Diapositive

9

Slide 5 - Vidéo

00:47
omschrijving biefstuk
A
meat from a cow
B
flesch
C
kind of beef
D
piece of a chicken

Slide 6 - Quiz

01:04
combineer de woorden met de juiste omschrijving
bag on your back
you can draw / write with it
where you sleep on vacation
the paper with the costs
hotelkamer
rekening
potlood
rugzak

Slide 7 - Question de remorquage

01:36
Maak setjes van opposites door een blauw woord naar een rood woord te slepen.
round
tall
strong
safe
strange
tight
heavy
arrive
light
dangerous
square
loose
normal
weak
depart
short

Slide 8 - Question de remorquage

02:05
wat komt het beste in de buurt van een beschrijving van een bestelbus?
A
with wheels
B
like car to move bigger things
C
you can drive it
D
white and big

Slide 9 - Quiz

02:05
Tip 4: geef woorden die in de buurt komen van wat jij wilt zeggen

Slide 10 - Diapositive

01:36

Tip 4: Gebruik tegenovergestelden!

Iets omschrijven lukt beter als je tegenovergestelden kent. In het Engels noem je dat opposites

Bijvoorbeeld: Je bent bij het reisbureau en je staat op het punt om een reis te boeken. Je vindt de reis te duur, maar je kan even niet op het Engelse woord komen, maar je weet wel wat 'goedkoop' is!
 
Dan kun je ook zeggen: "That is not cheap!"     of...
als je het woord 'cheap' niet kent: "That is too much money."

Slide 11 - Diapositive

01:04
Tip 3: omschrijf hoe je het gebruikt of wie het gebruikt
Waar heeft het mee te maken?
clothing?
beauty?
media?
food?
travel?
health?

Waar gebruik je het?
In the kitchen?
In the car?
In the bathroom?
At school/work?
At the hospital?
Wie gebruikt het?
Parents?
Kids?
Teachers?
Doctors?
Boys or girls?
Men or women?

Slide 12 - Diapositive

00:47
Je weet het woord voor biefstuk niet meer, hoe kun je dit omschrijven?

Slide 13 - Question ouverte

00:47
Tip 1: Omschrijf wat je wilt zeggen als je even niet weet wat het woord in het Engels is.
Bijvoorbeeld: Je bent in de kledingwinkel en zoekt het woord voor "stropdas", maar je kunt er niet opkomen!
Wat moet je weten van een stropdas om het uit te kunnen leggen? Klik op het vraagteken voor ideeën.

Hoe ziet het er uit?
Big or small?
Long or short?
Colors?
Patterns?
Materials?

Wie draagt het?
Men or women?
Adults or kids?

Hoe draag je het?
On your feet?
On your hands?
On your head?
Around your neck?

Slide 14 - Diapositive

Tip 5: Gebruik 'fillers' als je even tijd nodig hebt
om na te denken!
Let me think about that...
Laat me daar even over nadenken...
Hmm, I don't know!
Hmm, ik weet het niet!
That's a good question.
Dat is een goeie vraag.
How shall I say this...?
Hoe zal ik dit eens zeggen...?
Pardon? / Excuse me?
Sorry? (Ik heb u niet verstaan)
...you know...
... weet je... (ook niet te vaak gebruiken, hoor!)
so...
dus... (niet te vaak gebruiken, hoor)
Ah, yes, well...
Ach, ja, nou...

Slide 15 - Diapositive

Tip 6: Kijk, luister, denk en spreek
zoveel mogelijk Engels.
  • Kijk Engelstalige films en series.
  • Oefen gesprekjes via videobellen met klasgenoten of vrienden.
  • Check YouTube voor interviews met leuke Engelstalige muzikanten, acteurs en andere interessante mensen.
  • Herhaal voor jezelf wat je hoort in video's. Voelt gek, werkt fantastisch!

Slide 16 - Diapositive

Ik weet wat ik moet doen om taaldorp succesvol te doorlopen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Sondage