Periode 9: Schrijven

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 3

Gemoedstoestand

0100

Periode 9: Examen Schrijven 

Planning periode 9

Voorbereiden op het schrijfexamen

• 30-08: Schr. 1: Memo +Advertentie, affiche, flyer
• 06-09: Schr. 1: Instructie + Formulier
• 13-09: Schr. 2: Schrijven in fasen + bronnen gebruiken
• 20-09: Schr. 2 Informatief artikel + betoog
• 27-09: Schr. 3: Informeel en formeel taalgebruik
• 04-10 Schr. 3: Zakelijke e-mail + Zakelijke brief
• 11-10: Herhalen + werken aan opdracht
• 25-10: Oefenen voor examen + inleveren opdracht

• Belangrijkste onderdelen van het examen behandelen

Lesdoel

- Je weet wat een memo is.

- Je weet waar een memo aan moet voldoen.

- Je kunt een memo schrijven.

- Je weet wat het doel is van een advertentie, affiche en flyer.

- Je weet waar deze aan moeten voldoen.

Inhoud examen

• Het schrijfexamen bestaat uit 2 of 3 schrijfopdrachten.
• Zakelijke brief/e-mail, artikel, betoog, verslag, memo.
• Je wordt beoordeeld op je schrijfvaardigheid (en taalverzorging) Nederlands. Dit examen bepaalt of je schrijfvaardigheid op niveau 3F van het Referentiekader beheerst.

Voorwaarden voor beoordeling

• De opdrachten zijn in het Nederlands geschreven;
  
• De opdrachten zijn voldoende leesbaar;
  
• Minimaal 80% van het totaal van de gevraagde inhoud is gerealiseerd.

Wanneer je examen niet voldoet aan deze precondities, wordt het niet beoordeeld.

Geitenboeren die bokjes te snel naar de slacht brengen ... moeten ze hoge boetes geven.

1. die
2. dat
3. wat

U wilt graag een tussentijds verslag over ons project. Dat kan kort zijn, want we willen ... tijd niet verspillen.

1. je
2. jouw
3. u
4. uw

Heeyyyy,
Tof dat we morgen met school naar de film gaan. Gaan we met ... auto?

1. jou
2. jouw
3. u
4. uw

Tijdens mijn stage kon ik altijd vertrouwen ... jullie ondersteuning.

1. aan
2. met
3. op
4. van

Op mijn stagebedrijf hadden we te kampen ... wanbetalers.

1. aan
2. met
3. tegen
4. uit

Na welk woord schrijf je een komma?

We werken erg hard hier in Spanje maar het is wel erg gezellig.

1. na hard
2. na hier
3. na Spanje
4. na maar

Wat is goed geschreven?

1. interessante herinneringen
2. interesante herinneringen
3. interessante herineringen
4. interesante herineringen

Schrijfproducten examen

Tijdens het examen schrijf je dus twee/drie van de volgende producten:

zakelijke brief/e-mail 

artikel

verslag

betoog

memo

Wat is een memo?

Waar moet een memo aan voldoen?

5 w + h-vraag

* Wat

* Wanneer

* Waar 

* Wie

* Waarom

Aan de slag!

Opdracht 1: klassikaal

Opdracht 2: zelfstandig

Zijn er vragen?