Mavo 4 2.1 Afval en energie

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Plattegrond

Welkom

• Zit voorin in de eerste twee rijen.
• Log in op LessonUp.
• Open alvast in Google Classroom:
  
  "Uitleg LessonUp 2.1 Afval en energie"
  
  
• Kijk je opdrachten na van de vorige les.
  

Onderwerp(en)

2.1 Afval en energie

De kandidaat heeft:

• Inzicht in de samenhang tussen consumptie, productie en het milieu, en kan aan de hand van voorbeelden op het gebied van milieuschade de rol van overheid, maatschappelijke organisaties en individuele personen beschrijven.
  
  
• Vaardigheden uit deze module in samenhang kunnen toepassen.

.

Eindtermen

1. Materiaal klaar zetten en nakijken
   
2. Onderwerpen en leerdoelen
3. Uitleg en controle vragen
   
4. Zelfstandig aan de slag
   
5. Opdrachten bespreken
6. Evaluatie
7. Rad van Fortuin
   

Planning

• Hergebruik
• Recyclen

Mensen veroorzaken milieuschade door:

• Vervuiling van lucht, water, bodem en horizon.
• Energieverbruik
• Verbruik van grondstoffen
• Afval

• Groene energie
• Milieubesef en maatschappelijke kosten
  

Afval en energie

Mensen veroorzaken milieuschade door:

• Vervuiling van lucht, water, bodem en horizon.
• Energieverbruik
• Verbruik van grondstoffen
• Afval

Afval en energie

(7.514.000 - 6.384.000) : 6.384.000 x 100 = 17,7 procent gestegen

(Nieuw - Oud) : Oud x 100 =

Verbruik
elektriciteit

2,09%

• Vlak voor het einde van de les kies ik leerlingen die hun opdrachten
  komen laten zien (eventueel met het rad van fortuin).
  
  
• Opdrachten 50 t/m 62 (we bespreken 53 en 56).
  
  
• Eerste 5 minuten mag je fluisterend overleggen.
• Na 5 minuten mag je op een normaal geluidsniveau
  overleggen en vragen stellen.
  
  
• Rood = stil aan het werk
  
• Oranje = zachtjes overleggen
• Groen = op normaal geluidsniveau overleggen
  

Zelfstandig aan de slag

Opdracht 53

1.  Een hoger inkomen kan leiden tot meer consumeren. Meer consumptie leidt tot meer verpakkingen die weggegooid worden maar ook de producten zelf worden na enige tijd weggegooid.
   
   
2. Dat er geld betaalt moet worden om afval weg te gooien en dat milieuvervuiling belast moet worden.
   
   Bijvoorbeeld:
   - Vuilniscontainers in de wijk wegen je afval en brengen dat in rekening.
   - Milieubelasting voor het gebruik van energie zoals een ecotax op fossiele brandstoffen.
   - Kilometer heffing.
   

Opdrachten bespreken

Opdracht 53

3. - Bedoeld gevolg: inwoners gaan bewuster consumeren zodat ze minder afval

produceren.

Bijvoorbeeld: in plaats van losse blikjes cola koop je flessen cola.

- Onbedoeld gevolg: inwoners gaan het afval dumpen.

Opdrachten bespreken

Opdracht 56

1. Dat de internationale handel toeneemt (groeit).

2. - Uitputting van grondstoffen door toenemende productie.
Bijvoorbeeld: Er zijn meer grondstoffen nodig om te produceren (meer olie nodig om plastic te maken of meer hout om meubels te maken).

- Milieuvervuiling door toenemende transport.
Bijvoorbeeld: Er worden meer fossiele brandstoffen gebruikt om producten te vervoeren (meer diesel nodig om producten met de vrachtwagen te transporteren).

Opdrachten bespreken

• Wat vond je van het geluidsniveau?
  - Wat ging er goed en minder goed?
  - Wat kan beter of anders?
  

Evaluatie

Rad van Fortuin