B1: Chemie in cellen

Basisstof 1: Chemie in cellen
Thema 3 - Stofwisseling in de cel
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Basisstof 1: Chemie in cellen
Thema 3 - Stofwisseling in de cel

Slide 1 - Diapositive

Welke stof is organisch?
A
glucose
B
water
C
ijzer
D
koolstofdioxide

Slide 2 - Quiz

Welke stof is organisch?
A
glucose
B
water
C
ijzer
D
koolstofdioxide

Slide 3 - Quiz

Wat zijn de kenmerken van een organische stof?
A
Ze bevatten C/H/O-atomen
B
Het zijn relatief kleine moleculen
C
Ze worden gemaakt door organismen
D
Het zijn relatief grote moleculen

Slide 4 - Quiz

Welke van onderstaande antwoorden hebben betrekking op
an-organische stoffen?
A
Ze bestaan uit C/H/O-atomen
B
Ze komen uit de levenloze natuur
C
Het zijn relatief grote moleculen
D
CO2 is een organisch molecuul

Slide 5 - Quiz

Welke van onderstaande moleculen
zijn organisch?
A
Koolhydraten
B
Aminozuren (bouwstenen eiwitten)
C
Mineralen
D
Vitamines

Slide 6 - Quiz

Vul in:

.......... + zuurstof --> energie + water+ koolstofdioxide
A
melkzuur
B
fotosynthese
C
verbranding
D
glucose

Slide 7 - Quiz

Welk van deze organismen is autotroof?
A
gorilla
B
goudvis
C
geranium
D
gierzwaluw

Slide 8 - Quiz

Het maken van glucose uit koolstofdioxide en water door autotrofe organismen heet ....
A
Assimilatie
B
Dissimilatie
C
Koolstofassimilatie
D
Voortgezette assimilatie

Slide 9 - Quiz

Bij dit proces is energie nodig.
A
Assimilatie
B
Dissimilatie

Slide 10 - Quiz

Hoe wordt het proces genoemd waarbij een energierijk ATP ontstaat door binding van een fosfaatgroep aan ADP?

Slide 11 - Question ouverte

Fotosynthese vindt plaats in...
Dissimilatie vindt plaats in...

Slide 12 - Question ouverte

Wat zijn de kenmerken van (an)organische stoffen?

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Organisch
Anorganisch
CO2
Glucose
Eiwit
N2
H2O
DNA
Zetmeel

Slide 15 - Question de remorquage

Wat is ook alweer autotroof en heterotroof?
A
gebruikt CO2 en stoot het niet uit/verbruikt geen CO2 en stoot wel uit
B
kan uit organische stoffen energie halen/kan uit anorganische stoffen organische stoffen maken
C
kan uit anorganische stoffen organische stoffen maken/kan dat niet
D
heeft geen zuurstof nodig/heeft wel zuurstof nodig

Slide 16 - Quiz

Assimilatie
Dissimilatie
Kost energie
Levert energie
Grote moleculen naar kleine
Kleine moleculen naar grote
Opbouw
Afbraak
Verbranding
Fotosynthese

Slide 17 - Question de remorquage

Wat gebeurt er met het gewicht van een individu waarbij in de cellen meer assimilatie dan dissimilatie plaats vindt?
A
gewicht neemt toe
B
gewicht blijft gelijk
C
gewicht neemt af
D
ik heb geen idee ....

Slide 18 - Quiz

Noem 3 organische stoffen

Slide 19 - Question ouverte

Gebruik BINAS 67L
Van welke dragermoleculen is AMP een bestanddeel?
A
NADH+
B
NADPH,H+
C
NADH,H+
D
NADPH+

Slide 20 - Quiz

Heterotrofe organismen doen ook aan C-assimilatie
A
goed
B
fout

Slide 21 - Quiz

Welke stof is organisch?
A
glucose
B
water
C
ijzer
D
koolstofdioxide

Slide 22 - Quiz

Ik heb de leerdoelen van basisstof 1 onder de knie
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Sondage

Wat vind je lastig/moeilijk?

Slide 24 - Question ouverte