van Barok tot Postimpressionisme

De Barok 1600-1720 
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

De Barok 1600-1720 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Barok is verbonden aan de contrareformatie.
Wat is de contrareformatie?
A
Revolutie in de kunst
B
Reactie van de kerk tegen hervormingen
C
Katholieke kerk tegenover protestante kerk
D
Protestantse kunst

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we het sterke licht donker effect uit de Barok?
A
Chiaroscuro
B
clair-obscur
C
camera obscura
D
antwoord staat er niet bij

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Clair-obscur
Bij clair-obscur overdrijven schilders het contrast tussen licht en donker. Daarmee wordt een dramatisch effect bereikt. Caravaggio was de eerste schilder die het vaak toepaste. Clair-obscur ontstond in de 16e eeuw in Italië.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

rococo 
1720-1750  

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rococo
Rococo-elementen zijn kenmerken van de rococostijl, een artistieke beweging die ontstond in Parijs in de vroege 18e eeuw. De rococostijl wordt gekenmerkt door lichtheid, elegantie en een uitbundig gebruik van gebogen natuurlijke vormen in de versiering. 
Enkele voorbeelden van rococo-elementen zijn:

Het gebruik van sierlijke krullen en slingers, die vaak asymmetrisch zijn en een gevoel van beweging en drama creëren.




Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rococo
Het gebruik van ovale vormen voor hele kamers, meubels, spiegels en schilderijen, die een harmonieuze en intieme sfeer scheppen.


Het gebruik van thema’s met betrekking tot de natuur, het spel, de luchtige amusement, de jeugd en de liefde, die vaak humoristisch, erotisch of sentimenteel zijn.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rococo

Het gebruik van ornamenten in de vorm van schelpen en planten, die verwijzen naar de natuur en de zee.



Het gebruik van zachte kleuren, zoals pasteltinten, wit, goud en zilver, die een luchtige en delicate indruk geven.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een beroemde schilder van de rococostijl was François Boucher, die scènes uit het leven van de aristocratie en de mythologie schilderde met veel details en kleuren. Een voorbeeld van zijn werk is The Toilet of Venus, dat veel rococo-elementen bevat.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Neoclassicisme
1760- 1840  


Algemene Kenmerken
  • Reactie op barok en rococo 
  • Rationeel
  • Geinspireerd op de Klassieken

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Neoclassicisme architectuur
Architectuur Kenmerken:
  • Klassieken zuilenordes
  • tempelfacade en koepels
  • eenvoudige grondvormen: kubus, cilinder halve cirkel
  • gladde wanden, weinig versiering
  • monumentale architectuur (uitdrukking van macht)

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Pantheon Parijs 
1755-1792 
Pantheon Rome 
79 v. Chr. 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Canova - Poaline Borghese als Venus, 1807
Wat is klassiek?
A
gemaakt van marmer
B
klassieke houding
C
(half)naakt
D
levensecht

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

19e eeuw - Grondige veranderingen
  • 19e eeuw- industrialisatie/ revoluties 
  • Paard → tram /trein
  • Zeilschip → Stoomschip
  • handwerk → fabriekswerk
  • industrialisatie 
  • franse revolutie  - burger aan de macht 


Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

de Romantiek - 1800-1840
  • reactie op de Verlichting met de nadruk op verstand en uniformiteit
  • accent op gevoelens, tradities en (helden-)verhalen
  • afkerig van bedorven, rationele denken
  • nadruk op onbedorven plattelandsleven >
  • aandacht voor het volk 

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Caspar david Friedrich
Nietige mens t.o. imponerende natuur
persoonlijke emoties 
dynamiek 
thema's:
natuur, het fantastische, dromen en het exotische

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het realisme 1840-1880 

Nadruk
op alledaagse
leven, van de 'normale' mens 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Vidéo

vanaf 7:26
Welke uitspraak is NIET waar?
A
Het realisme verbeeldt de harde werkelijkheid van de arbeiders en lagere klasse
B
Het realisme brak met de tradities en regels van de schilderkunst
C
Het realisme is alleen van toepassing op de schilderkunst
D
De Industriële Revolutie zorgde in de 19e eeuw voor grote sociale veranderingen

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het impressionisme - 1870-1905
fotografie als hulpmiddel 
impressie van een bepaald moment 
gebruik zuivere kleuren 
En plein air schilderen 

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Impressionisme
- Tweede helft 19e eeuw.
- Thema's uit dagelijks leven, i.p.v. geïdealiseerde zaken.
- Overbrengen van een ervaring: impressie van het moment.
- Schetsachtig, lichte kleuren.

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Symbolisme
Betekenis staat centraal. 
Gebruik van heldere kleurvlakken en decoratieve lijnen.
Paul Gauguin 

Invloed op expressionisme en art nouveau

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Post-impressionisme
1884 - 1905

Op zoek naar nieuwe uitbeeldingsvormen zoals het pointillisme

Invloed op expressionisme & latere moderisme.

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we de schilderstijl van Vincent van Gogh?
A
pointillisme
B
post-impressionisme
C
surrealisme
D
dadaïsme

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions