Didactiek 2.5

• Didactiek
• MBO
• Studiejaar 1

Didactiek lesweek 5

Hoofdstuk 3: Ontwikkeling stimuleren: denken

Paragraaf 3.1: Uitdagen met activiteiten

Terugkoppeling lesweek 4

1. Wat is een schoolplan?
2. Wat is een leerlingvolgsysteem? 

Lesdoelen

Paragraaf 3.1 - uitdagen met activiteiten. 

• De student kent de 6 interactievaardigheden die een onderwijsassistent. moeten beheersen.
• De student weet wat de zone van de naaste ontwikkeling betekent.
• De student weet dat het aanbieden van gerichte activiteiten de kinderen uitdaagt tot leren. 

De zone van de naaste ontwikkeling- Vygotsky

= Zone van naaste ontwikkeling is het aanspreken van een kind op een niveau dat net buiten bereik van het kind is.

• Het actuele ontwikkelingsniveau: activiteiten die een kind al zelfstandig kan volbrengen;
• Het hogere ontwikkelingsniveau: activiteiten die het kind nog niet zelfstandig kan, maar wel wanneer het sociale ondersteuning krijgt bij de uitvoering ervan. 

Welke interactievaardigheden
denk jij als OA te moeten hebben?

Interactievaardigheden 

Maak groepjes van 6 en verdeel de onderste 6 interactievaardigheden:

• Sensitieve responsiviteit
• Autonomie respecteren
• Structureren en grenzen stellen
• Praten en uitleggen
• Positieve interacties tussen kinderen bevorderen
• Ontwikkeling stimuleren 

Opdracht: 

Maak een mind-map/PowerPoint etc. waarin de volgende elementen aanbod komen: 

• Beheersen jullie deze interactievaardigheid? 
• Wat betekent het?
• Geef een voorbeeld uit de praktijk waaruit blijkt dat jullie dit wel of niet beheersen.
• Leg de vaardigheid in eigen woorden uit. 
• Presenteer de opdracht in minimaal 2 minuten! 

Geen eindopdracht: 

Tussenevaluatie: Waar sta ik? Feedback vragen en werken aan de eindopdrachten;

Week 1	Paragraaf 1.2	Energizer
Week 2	Paragraaf 1.3	Didactische werkvormen
Week 3	Paragraaf 1.4	Lesvoorbereiden
Week 4	Paragraaf 1.5	Schoolplan
Week 5	Paragraaf 3.1	Geen eindopdracht

Na de vakantie:

Lesweek 6: 

Lees alvast door: Hoofdstuk 3: Ontwikkeling stimuleren: denken

Paragraaf 3.3: Rekenen stimuleren.