Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Een moleculaire stof bestaat uit:
A
Metaalatomen
B
Niet-metaalatomen
C
Metaalatomen en niet-metaalatomen
D
Edelgassen
Slide 1 - Quiz
Deel de volgende stoffen in bij de juiste groep.
TIP: uit welke atomen is de stof opgebouwd?
METALEN
ZOUTEN
MOLECULAIRE STOFFEN
water
natriumjodide
koperoxide
calcium
koolstof
methaan
goud
kaliumfluoride
kwik
Slide 2 - Question de remorquage
Deel de stoffen in bij de juiste groep. Namen en formules van stoffen kun je vinden met Binas 66A,B en 99
wolfraam
calcium
broom
bruinsteen
zand
aardgas
lithium
ammoniak
ongebluste kalk
Slide 3 - Question de remorquage
Een moleculaire stof geleid elektrische stroom in de volgende fasen:
A
Vast
B
Vloeibaar
C
Niet
D
Gas
Slide 4 - Quiz
Stroomgeleiding door gesmolten zout op microniveau verklaard
De min-pool trekt ...........................geladen deeltjes aan. De ................................atomen in een zout zijn dus ................................ geladen
De plus-pool trekt .........................geladen deeltjes aan. De .......................atomen in een zout zijn dus ...................................... geladen
positief
positief
natrium
negatief
negatief
chloor
Slide 5 - Question de remorquage
GOUD DER DWAZEN
Hiernaast zie je een brokje pyriet (FeS). Het wordt ook wel "Fools Gold" genoemd, omdat het erg op goud (Au) lijkt. Met welk eenvoudig proefje kun je aantonen dat dit brokje pyriet is en geen goud? Leg uit.
Slide 6 - Question ouverte
De Vanderwaalsbinding is een binding tussen atomen.
A
ja
B
nee
Slide 7 - Quiz
De binding tussen moleculen die moleculen bij elkaar houden heten:
A
atoombindingen
B
covalentebindingen
C
vanderwaalsbinding
Slide 8 - Quiz
Het aantal bindingen dat een atoomsoort aan kan gaan noemen we:
A
Covalente binding
B
Atoombinding
C
Vanderwaalsbinding
D
Covalentie
Slide 9 - Quiz
Wat is een andere naam voor atoombinding?
A
Molecuulbinding
B
Ionbinding
C
Metaalbinding
D
Covalante binding
Slide 10 - Quiz
Welke binding verbreekt bij het verdampen van een stof?
A
Atoombinding
B
Covalente binding
C
Metaalbinding
D
Vanderwaalsbinding
Slide 11 - Quiz
Welke stof heeft het hoogste kookpunt op basis van molecuulmassa?
H2S
H2O
A
H2O
B
H2S
Slide 12 - Quiz
Zet de moleculen op volgorde van oplopend kookpunt. Zoek de kookpunten niet op, maar verklaar aan de hand van de structuurformule en betrokken bindingstypen.
CH4 (methaan), C2H6 (ethaan), CH3OH (methanol)
A
methaan, ethaan, methanol
B
ethaan, methaan, methanol
C
methanol, ethaan, methaan
D
methanol, methaan, ethaan
Slide 13 - Quiz
Lost deze stof op in water?
A
ja
B
nee
Slide 14 - Quiz
Lost deze stof op in water?
A
ja
B
nee
Slide 15 - Quiz
Lost deze stof op in water?
A
ja
B
nee
Slide 16 - Quiz
Hydrofiel is
A
Wateraantrekkend
B
Waterafstotend
C
Vuilafstotend
D
Vochtinbrengend
Slide 17 - Quiz
In welke van deze twee tekeningen is de waterstofbrug correct getekend?
A
Zowel in 1 als in 2.
B
Alleen in 1.
C
Alleen in 2.
D
In geen van beide.
Slide 18 - Quiz
Leg op microniveau uit dat glucose goed kan oplossen in water.
Slide 19 - Question ouverte
Leg op microniveau uit welke stof beter in water oplost a. methanol