Okt 1 Ps vs PC

Welcome CEC
English class
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 5

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welcome CEC
English class

Slide 1 - Diapositive

Theme words B, TB64/WBB7
Startklaar
  • Telefoon in het Zakkie (voor binnenkomst)
  • Op je plek zitten 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: opgeladen laptop, map en pen (etui)
  • Alvast inloggen in LessonUp en daarna laptop opzij



timer
2:00

Slide 2 - Diapositive

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
Klassen afspraken/ Classroom rules
  1. Wij zijn gefocust en leiden elkaar niet af.
  2. Wij zijn hier om te leren dus werken actief mee in de les en lachen elkaar niet uit.
  3. Wij steken ons vinger op om vragen te stellen of iets toevoegen.
  4. Er is altijd een persoon aan het woord.
  5. Wij tonen respect naar elkaar en luisteren naar elkaar.
  6. Wij ruimen op wanneer de docent het zegt en laat de lokaal netjes achter.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesson goals
By end of this class:
  1. I can use the present tenses in a sentence.
  2. I know the difference between the present simple and present continuous.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

What are you going to do?
  1. What are they doing? listening exercise
  2. Present simple vs present continuous
  3. PS vs PC quiz daarna oefenen
  4. Zelfstandigwerken



Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
By the end of class:
  1. I know the difference between the present simple and present continuous.
  2.  I can use the present tenses in a sentence.
Planning:
 1. What are they doing? listening exercise
2.Present simple vs present continuous
3. PS vs PC quiz daarna oefenen
4. Zelfstandigwerken: extra oefenen slimstampen
5. Afronding

Slide 6 - Diapositive

Positieve verwachtingen uitspreken
Present simple
VS
Present continuous

Slide 7 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

What are they doing?
1. What is Tony doing?
  • He is reading the newspaper.
2. Where is Samantha now?
  • She/Samantha is shopping at the grocery store.
3. What is Poppy doing?
  • She/Poppy is practicing violin in her room.
4. What is Philip doing?
  • He is playing with Fluffy. 
5. What is junior doing? 
  • He is watching TV and singing.
6. What is Samantha going to do after shopping?
  • She is going to meet Janet for a coffee. 







Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Present simple vs present continuous
Wat betekent present simple & present continuous?
  • Ze zijn allbei tegenwoordige tijden
  • PC: duurvorm tegenwoordige tijd
Voorbeeld:
  • PS: Ik fiets elke ochtend naar school.
  • PC: Ik ben nu aan het fietsen naar school.
Wat is het verschil tussen de twee?

Slide 9 - Diapositive

geef voorbeelden in het Nederlands.
Find out the rule/
hw
Look at the words in colours.




- Is it a fact or habit (gewoonte)? 
- Is it happening at the moment?
1. The blue words are:  __________
2. The orange words: ___________
3. The underlined words: ________
4. The words in italic: ___________
     (schuingedrukt)

  1.  happening at the moment.
  2.  a fact or habit (regelmatige gebeurtenissen)
  3. is happening at the moment
  4. is a fact ir habit.

Slide 10 - Diapositive

opgave 57 pg 90
Present simple & present continuous uitleg
  1. Eerst interactieve uitleg
  2. JDW map openen en infographic maken


Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Present simple
Waarom/wanneer gebruik je present simple?
  • Je gebruikt de present simple om te praten over feiten, gewoontes, dingen die je regelmatig doet.
Hoe maak je een zin present simple?
  • bij he, she , it: s toevoegen acther werkwoord.
Example: She ________ to school everyday. (walk)      
                Jim ________     a book everynight.  (read)  
  • walks 
  • reads  

Slide 12 - Diapositive

aantekeningblad
Present continuous
Wanneer gebruik je present continuous?
  • Je gebruikt de present continuous om te zeggen dat iets nu aan de gang is.
  • Je gebruikt de present continuous om irritatie aan te geven.

Hoe maak je een zin present continuous?
  • am/ is/ are + werkwoord+ing
Example: She _____________ the dog at the moment. (walk)
              Jim and his friend _____________   tv right now.  (watch)
              I ______________ right now. (talk)
  • is  walking 
  • are watching
  • am  talking 

Slide 13 - Diapositive

opgave 57 pg 90
Present simple
Present continuous
Present tenses; tegenwoordigetijd
Gebruik bij:
  • Feiten, gewoonten & regelmatige gebeurtenissen.
Grammaticaregel
  • He/she/it --> ww+s
  • You/they/we --> ww
Signaalwoorden:
  • every (day), always, often etc.
Gebruik:
  • Als... iets nu aan de gang is, iemand iets nu doet of irritatie te uiten.
Grammaticaregel:
  • am, is, are (to be) + ww+ing
Signaalwoorden:
  • Look!, right now, at the moment

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Present Simple vs. Present Continuous

We always .............. English in class. (speak)
A
speak
B
are speaking
C
speaks
D
is speaking

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Present Simple vs. Present Continuous

I ............. the dog every morning. (walk)
A
walk
B
am walking
C
walks
D
is walking

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Present Simple vs. Present Continuous

The neighbour ............. the dog right now. (walk)
A
walks
B
is walking
C
walk
D
are walking

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Present Simple vs. Present Continuous

She often ................... every weekend. (study)
A
studies
B
is studying
C
study
D
am studying

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Present Simple vs. Present Continuous

The teacher ................. at the moment.
A
talks
B
is talking
C
talk
D
am talking

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

PS or PC:
I _______ (call) my grandmother every Saturday.

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

PS or PC:
She _______ (read) a book every night.

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

PS or PC:
They _______ (listen) to the teacher right now!

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

PS or PC:
Jim _______ (walk) the dog at the moment.

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

PS or PC:
Look! It ................. (rain) outside.

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Present simple and present continuous 
Present simple
Present continuous: 
Feiten, gewoonte, regelmatige gebeurtenissen.
Gebeurtenissen die nu bezig zijn of nu aan de gang zijn.
vorm: (hoe maak je present simple)
He/ she/ it --> werkwoord +s
anders hele werkwoord (stam)
Form/vorm:
am/is/are + hele werkwoord + ing 
Jim plays video games every night. 
I always play video games at night.
Jack is playing video games right now.
Look! The cats cats are playing in the garden.
Samenvating: PS vs PC

Slide 25 - Diapositive

aantekening blad
Aan de slag
Wat: opg. 28 t/m 30 maken blz. 50-51
Hoe: individueel --> 5 minuten in stilte
         Duo's --> antwoorden bespreken na 5 minuten (fluistertoon)
Tijd: 10 minuten 
Hulp: boek, docent
Klaar?: Numo English
Resultaat: docent controleren en klassikaal nakijken
timer
5:00

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nabespreking
Opgave 28

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nabespreking
Opgave 29                                                        opgave 30
  1. is climbing
  2. never cooks
  3. am trying
  4. is calling
  5. visits 
  1. He is always playing video games.
  2. I walk the dog three times every day.
  3. She is teaching us maths.

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

NUMO
  • Log in
  • Numo Engels oefenen
  • Fluistertoon

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Present continuous
What are they doing?
  • They are cooking dinner at the moment.

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Present continuous
What is the cat doing?
  • The cat is sitting on the table. 
Meervoud/plural?
  • The cats are sitting on the table.
  • sit --> sitting

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Present Simple
Fill in the verb in the correct form.
  1. Andy ...................  a book every night. (read)
  2. We always ................. TV in the morning. (watch)
  3. My mother ............. up at 6 o'clock every morning. (wake)

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugkijken naar de les
  • Terugblik doel: I can use the present tenses in a sentence.
                                 I know the difference between the present                                         simple and present continuous.
  • Vragen over iets dat nog moeilijk/onduidelijk is.
  • Evaluatie: hoe is de les gegaan en gedrag
  • Numo

Slide 34 - Diapositive

Ik ga een paar vragen stellen: iedereen denk voor 10 a 20 seconden voor zichzelf na. Ik kies zelf mensen uit.

Okt 1 Ps vs PC

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions