H 16 Eigen vermogen (havo) paragraaf 3, stencil 2.4

H2/H16 Eigen vermogen
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H2/H16 Eigen vermogen

Slide 1 - Diapositive

Agenda les
  • herhalen leerdoelen par 16.2 via 2 startopdrachten
  • leerdoelen par 16.3 
  • uitleg par 16.3
  • Zelf aan de slag
  • Huiswerk 

Slide 2 - Diapositive

SB NV is net opgericht en plaatst € 1.500.000,- nominaal tegen een koers van € 15,- per aandeel van € 10 nominaal.
Hoeveel agio is er in totaal ontvangen?
timer
1:30

Slide 3 - Question ouverte

Uitwerking vorige vraag

Slide 4 - Diapositive

Maak een balans met behulp van de volgende gegevens. SB NV is net opgericht en heeft een MAK van € 5.000.000. Ze plaatst € 1.500.000,- nominaal tegen een koers van € 15,- per aandeel van € 10 nominaal.
Geef de balans na het uitgeven van de aandelen
timer
5:00

Slide 5 - Question ouverte

Par 16.3_4H_beco
Par 16.3 Verschillende reserves

Slide 6 - Diapositive

Leerdoelen par 16.3
  • Je kunt redenen noemen waarom een onderneming reserves aanhoudt.
  • Je kent de kenmerken van de verschillende soorten reserves noemen.
  • Je kunt oorzaken noemen waardoor de reserves af nemen.

Slide 7 - Diapositive

Waarom vormt een onderneming reserves:
  • Vergroten weerstandsvermogen van de onderneming;
  • Het vervangen van Vreemd Vermogen door Eigen vermogen;
  • Dividendstabilisatie; aandeelhouders elk jaar gelijk dividendpercentage uitkeren.
  • Uitbreiding; van toekomstige groei
    - interne financiering: financieren met ingehouden winsten
    - externe financiering: financieren met nieuw vermogen. 

Slide 8 - Diapositive

3 soorten reserves (kijkende naar het ontstaan)

* agio reserve
* herwaarderingsreserve
*winstreserve (bijv. algemene reserve)

Slide 9 - Diapositive

Hoe ontstaat een agio reserve?

Slide 10 - Question ouverte

Herwaarderingsreserve

Als vaste activa meer waard wordt ontstaat een herwaarderingsreserve.
Voorbeeld: 
Hoe verwerken we de waardestijging op de balans? 

Slide 11 - Diapositive

Herwaarderingsreserve
Hoe verwerken we de waardestijging op de balans? 
gebouw + € 60.000
herwaarderingsres. + € 60.000

Slide 12 - Diapositive

Winstreserves
Het deel van de winst wat niet wordt uitgekeerd aandeelhouders/personeel blijft achter in de onderneming en wordt toegevoegd aan een Winstreserve.
( Winstreserve, Algemene reserve, Dividendreserve, Reserve groot onderhoud etc. )

Slide 13 - Diapositive

Reserves verdwijnen en/of worden minder door:
  • geleden verliezen worden afgeboekt van winstreserve;
  • Na een waardedaling VA neemt herwaarderingsreserve af;
  • Reserve wordt gebruikt voor het doel waarvoor die gecreëerd is;

Slide 14 - Diapositive

Intrinsieke waarde (16.4)
Intrinsieke waarde = eigen vermogen (GAK, reserves, onv.winst)

Intrinsieke waarde per aandeel =
intrinsieke waarde / aantal geplaatste aandelen

Slide 15 - Diapositive

Zelf aan de slag
  • Bekijk goed voorbeeld 16.4  (theorieboek) voordat je opgaven maakt als je de stof nog moeilijk vindt.

  • Maak opgaven stencil 2.15 t/m 2.20

Slide 16 - Diapositive