H7 Symmetrie (1 K)

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

	Vak: Wiskunde Hoofdstuk: 7.1 t/m 7.5 Symmetrie
1.	Lesopening
2.	Terugblik
3.	Lesdoel
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

VMBO-Kader klas 1

10.1 Lijnsymmetrie

In de volgende dia`s wordt uitgelegd wat lijnsymmetrie is. 

Lijnsymmetrie

Een figuur is lijnsymmetrisch of spiegelsymmetrisch als deze uit twee helften bestaat, die elkaars spiegelbeeld zijn.

De vouwlijn noemen we de symmetrieas.

Spiegelbeeld

Spiegelbeeld: de linkerkant en de rechterkant van de vlinder zijn elkaars spiegelbeeld. 

Gebruik het spiegeltje als hulpmiddel. 

Linker- en rechterhelft hetzelfde!
Of: Beide helften zijn elkaars spiegelbeeld.

Linker- en rechterhelft hetzelfde!
Of: Beide helften zijn elkaars spiegelbeeld.

De vlinder is lijnsymmetrisch

Een afbeelding kan ook méér dan één symmetrieas hebben

Zoek de 6 symmetrie-assen:

Poster:
Teken symmetrieassen altijd met behulp van een liniaal. 

Hoe zie je eruit als je jouw gezicht spiegelt... 

6. Zelfstandig werken

Je leest blz. 12 t/m 16  en maakt opdr. 1 t/m 13 (-2).

Klaar? Dan stuur je een foto van je werk naar de juf. 

Akkoord? Dan stuurt ze je de antwoordbladen en kijk je je werk na, verbeter waar nodig met een andere kleur. 

Indien nodig stuur je daarna nog foto's naar de juf. 

7.2 Symmetrie in vlakke figuren

1. Lesopening

Open je boek op blz. 17.

2. Terugblik

- Wat is lijnsymmetrie?

- Wat is spiegelsymmetrie?

- Wat is een symmetrie-as?

3. Lesdoel

Aan het einde van deze les kun je:

- de kenmerken van een gelijkbenige driehoek.

- de kenmerken van een gelijkzijdige driehoek. 

- symmetrie in vlakke figuren tekenen.

4. Instructie

Symmetrie in vlakke figuren

Gelijkbenige en gelijkzijdige driehoeken zijn symmetrisch. 

Gelijkbenige driehoek. 

   

Twee gelijke zijden 

DF = EF

Twee gelijke hoeken 

              

Lijnsymmetrisch

1 symmetrieas

∠D=∠E

Gelijkzijdige driehoek

3 gelijke zijden

3 gelijke hoeken

3 symmetrie-assen

6. Zelfstandig werken

Je leest blz. 17 t/m 19 en maakt opdr. 15 t/m 19.

Klaar? Dan stuur je een foto van je werk naar de juf. 

Akkoord? Dan stuurt ze je de antwoordbladen en kijk je je werk na, verbeter waar nodig met een andere kleur. 

Indien nodig stuur je daarna nog foto's naar de juf. 

7.3 Spiegelen

1. Lesopening

Open je boek op blz. 21

2. Terugblik

- Wat is lijnsymmetrie?

- Wat zijn de kenmerken van een gelijkbenige driehoek?

- Wat zijn de kenmerken van een gelijkzijdige driehoek?

- Wat is de spiegelas?

3. Lesdoel

Aan het einde van deze les kun je:

- figuren spiegelen middels de spiegelas.

- figuren gespiegeld tekenen middels de spiegelas.

4. Instructie

https://www.youtube.com/watch?v=DDZfKfLfxHc 

6. Zelfstandig werken

Je leest blz. 21 t/m 26  en maakt opdr. 21 t/m 35 (-25, -30).

Klaar? Dan stuur je een foto van je werk naar de juf. 

Akkoord? Dan stuurt ze je de antwoordbladen en kijk je je werk na, verbeter waar nodig met een andere kleur. 

Indien nodig stuur je daarna nog foto's naar de juf. 

7.3/7.4 Spiegelen + Draaisymmetrie

1. Lesopening

Open je boek op blz. 25

2. Terugblik

- Wat zijn de kenmerken van een gelijkbenige driehoek?

- En wat van een gelijkzijdige driehoek?

3. Lesdoel

Aan het einde van deze les kun je:

- figuren spiegelen en gespiegeld tekenen. 

- benoemen wat draaisymmetrie is.

- van figuren benoemen wat het draaipunt is. 

4. Instructie

Draaisymmetrie

Een figuur is draaisymmetrisch als je het rondom een draaipunt kunt draaien en het weer precies op zichzelf past.

Draaisymmetrie

Draaisymmetrie

Instructiefilmpje

https://www.youtube.com/watch?v=XYhBQ0ilMgk 

Draaisymmetrie

Kleinste draaihoek berekenen: 

360 : aantal hoeken

dus
360 : 5 = 72º

De bloem is na 6 stapjes helemaal rond:
De kleinste draaihoek is 360 : 6 = 60 graden.

Het molentje is in 4 stapjes helemaal rond.
De kleinste draaihoek is 360 : 4 = 90 graden.

6. Zelfstandig werken

Je leest blz. 25 t/m 33 en maakt opdr. 32 t/m 51 (-37, -46)

Klaar? Dan stuur je een foto van je werk naar de juf. 

Akkoord? Dan stuurt ze je de antwoordbladen en kijk je je werk na, verbeter waar nodig met een andere kleur. 

Indien nodig stuur je daarna nog foto's naar de juf. 

7.5 Schuifsymmetrie

1. Lesopening

Open je boek op blz. 34

2. Terugblik

- Hoe bereken je de draaisymmetrie van een figuur?

- Wat weet je nog van overstaande hoeken?

3. Lesdoel

Aan het einde van deze les kun je:

- benoemen wat schuifsymmetrie is. 

- een patroon herkennen.

- benoemen wat een motief is. 

4. Instructie

6. Zelfstandig werken

Je leest blz. 34 t/m 37  en maakt opdr. 53 t/m 61

Klaar? Dan stuur je een foto van je werk naar de juf. 

Akkoord? Dan stuurt ze je de antwoordbladen en kijk je je werk na, verbeter waar nodig met een andere kleur. 

Indien nodig stuur je daarna nog foto's naar de juf.