6.3 immuniteit

6.3 immuniteit
Voorkennisvragen
1. Welke witte bloedcellen zorgen voor langdurige immuniteit?
2. Wat doen antigeen presenterende cellen (APC)?
3. Wat is het verschil tussen T-lymfocyten en B-lymfocyten?
4. Hoe werken antistoffen?
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

6.3 immuniteit
Voorkennisvragen
1. Welke witte bloedcellen zorgen voor langdurige immuniteit?
2. Wat doen antigeen presenterende cellen (APC)?
3. Wat is het verschil tussen T-lymfocyten en B-lymfocyten?
4. Hoe werken antistoffen?

Slide 1 - Diapositive

Specifieke/Verworven afweer


Stamcellen uit rode beenmerg ontwikkelen in beenmerg --> B-lymfocyt

Stamcellen uit rode beenmerg naar thymus --> T-lymfocyt



Slide 2 - Diapositive

Taak van de APC
Antigeen presenterende cel (macrofaag)
 moet passende lymfocyten (T- en B-cellen) vinden

Speld in een hooiberg?

Niet meer door aanwezigheid geheugencellen!

Slide 3 - Diapositive

Geef verschillen in antistofreactie
tussen eerste en tweede besmetting
(er zijn 3 verschillen !)

Slide 4 - Diapositive

Antistoffen

Bij tweede besmetting
  • meer antistoffen
  • sneller gevormd
  • blijven langer in het bloed
Vraag
Antistoffen verdwijnen na verloop van tijd uit het bloed. Welk orgaan breekt ze af?
Antwoord
Lever. Antistoffen zijn eiwitten. Eiwitten worden afgebroken door de lever.

Slide 5 - Diapositive

Pokken
Uiterst besmettelijk virus

Huid kapot

18e-eeuwse Europa jaarlijks 400.000 dodelijke slachtoffers

Sinds de tweede helft van de jaren zeventig is de ziekte door een uitgebreide wereldwijde vaccinatiecampagne niet meer voorgekomen. 

Slide 6 - Diapositive

Koepokken
Mild verloop
zeer weinig sterfte

Immuniteit tegen koepokken en pokken
Vraag
Hoe kan het dat mensen na koepokken ook immuun zijn voor pokken?

Slide 7 - Diapositive

Edward Jenner: eerste vaccinatie
Ik geef de buurjongen expres koepokken
en daarna expres pokken

Slide 8 - Diapositive

Vaccins
Stap 1: Injecteer het lichaam met een verzwakt ziekteverwekker / antigenen van de ziekteverwekker

Stap 2: Macrofagen eten de ziekteverwekker/antigenen op en presenteren deze aan een passende T- en B-lymfocyt.

Stap 3: B-Lymfocyten gaan antistoffen maken tegen het gevonden antigen

Stap 4: T- en B-lymfocyten vormen geheugencellen

Bij een infectie met het echte virus / bacterie heb je nu al geheugencellen en treedt meteen de tweede veel sterke immuunreactie op. 

Vaccins zijn een vorm van kunstmatige actieve immuniteit
Waarom kunstmatig? en waarom actief?

Slide 9 - Diapositive

Vaccinaties nu
Verzwakte ziekteverwekker
gedode ziekteverwekker
gehakselde ziekteverwekker

viraal RNA
      menselijke cellen maken
      viraal antigeen

+ stoffen die het afweersysteem stimuleren

Slide 10 - Diapositive

Immuun door alleen antistoffen

via injectie of moedermelk

immuniteit is direct aanwezig

artsen zonder grenzen
slangenbeet

Slide 11 - Diapositive

Actief natuurlijk
ziekte doorgemaakt
geheugencellen gevormd


Passief natuurlijk
antistoffen via placenta of moedermelk
geen geheugencellen
Actief kunstmatig
injectie met antigenen
geheugencellen aangemaakt


Passief kunstmatig
injectie met antistoffen
geen geheugencellen

Slide 12 - Diapositive

Is iemand die een injectie met antistoffen heeft gehad na een jaar nog steeds immuun? Leg uit.

Slide 13 - Question ouverte

Hoe kom je aan de antistoffen?

Slide 14 - Question ouverte

Overzicht immunisatie

Slide 15 - Diapositive

Kees heeft geen antistoffen tegen het coronavirus in zijn bloed. Kan hij Covid-19 gehad hebben?
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quiz

Toelichting
Dat kan. Antistoffen blijven ongeveer drie maanden actief. Als er geen blijvende productie is, neemt de concentratie daarna af.

Slide 17 - Diapositive

Antistoffen zijn eiwitten. Waarom niet volwassenen antistofoplossing laten drinken ipv injecteren?

Slide 18 - Question ouverte

Hanna is gebeten door een hond met rabiës (virus). Geen goed medicijn & dodelijk. Hoe kunnen we haar helpen?
A
Injectie met verzwakt rabiës
B
Injectie met antistoffen tegen rabiës
C
Moedermelk met rabiës laten drinken
D
Moedermelk met antistoffen tegen rabiës laten drinken

Slide 19 - Quiz

Toelichting
Antistof eten/drinken heeft geen zin omdat het spijsverteringskanaal eiwitten afbreekt.
Het toedienen van de ziekteverwekker zelf heeft geen zin, die heeft ze waarschijnlijk al van de hond gekregen.

Slide 20 - Diapositive

Resistent: Planten die tegen een een onkruidverdelger kunnen, bacteriën die tegen antibioticum kunnen.
Waarom mag je deze organismen niet immuun noemen?

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Vidéo