Quiz mens & maatschappij Boek 1A

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Lesprogramma 

- Wanneer is de toets?

- Quiz 1.1 t/m 1.4

- Vragen over hoofdstuk 1

- Afsluiten 

Toets hoofdstuk 1 

Week 44: woensdag 2 november (zie Magister)

- Proefwerk hoofdstuk 1

- Leer de blauwe blokken (leerstof) !

- Leer de begrippenlijst !

Een revolutie is een...

1. Manier om aan voedsel te komen
2. Wapen van jager-verzamelaars
3. Graansoort uit het Midden-OOsten
4. Grote verandering

Wat is akkerbouw?

1. De boer heeft koeien
2. De boer heeft kippen
3. De boer verbouwd planten
4. De boer doet aan irrigatie

Zodra mensen een vaste woonplaats hebben, ontstaat er verschil tussen arm en rijk. Welke twee kenmerken horen bij arme mensen?

1. grote oogst
2. kleine boerderij
3. veel grond
4. weinig werktuigen

In Nederland hebben lang geleden mensen geleefd die graven bouwden van grote stenen. Hoe noemen we deze mensen?

1. boeren
2. hunebedbouwers
3. jagera
4. natuur-gelovigen

Akkerbouw en veeteelt samen noem je?

1. boerland
2. bouwland
3. grasbouw
4. landbouw

Wat is een kenmerk van de samenleving van jager-verzamelaars?

1. Ze hadden vast een vaste woonplaats.
2. Ze woonden in stevige huizen.
3. Ze konden alles vinden of maken in hun directe omgeving.
4. Ze joegen alleen op kleine dieren.

Wat is veeteelt?

1. Dieren als huisdier gebruiken
2. Dieren gebruiken om op te jagen
3. Dieren gebruiken om jouw dorp te beschermen
4. Dieren gebruiken voor de landbouw

Waar dienden Hunebedden voor in de tijd van de Jagers en Boeren?

1. Ze begroeven er belangrijke voorwerpen om te bewaren.
2. Je kon er onder slapen (bedden) zodat je droog bleef.
3. Het waren grafmonumenten voor de belangrijkste dorpelingen.
4. Het was een monument om de goden te aanbidden.

De eerste mensen leefden als nomaden. Wat zijn nomaden?

1. Mensen die een vaste woonplaats hebben.
2. Mensen die hun hele leven in een dorp wonen.
3. Mensen zonder vaste woonplaats.
4. Mensen die hun voedsel uit de natuur halen.

Je bent zelfvoorzienend als je...

1. Geen vaste woonplek hebt
2. Aan landbouw doet
3. Voor jezelf kan zorgen
4. Wapens van hout maakt

De manier waarop mensen leven, noem je...

1. Taal
2. Godsdienst
3. Werktuig
4. Cultuur

Als er veel welvaart is in een land, is ook de rijkdom groot.

1. Juist
2. Onjuist

Middel van bestaan

1. manier om aan voedsel te komen
2. eerste historische periode
3. geld dat je uitgeeft
4. een grote, belangrijke verandering

Klik de juiste combinaties aan

Hieronder staan zaken die iedereen nodig heeft. Wat hoort bij wat?

eten en drinken

een huis

onderwijs

gezondheidszorg

dokters en ziekenhuizen

onderdak

scholen

voedsel

Wat zijn de vijf basisbehoeften van een mens?

Als je niet genoeg geld hebt voor de basisbehoeften, leef je in armoede en in slechte ...

1. gezondheidszorg
2. economie
3. welvaart
4. levensomstandigheden

Sleep naar de juiste plek

In rijke landen hebben mensen meer dan genoeg geld voor hun basisbehoeften.

In rijke landen is veel rijkdom of

In arme landen is veel

Deze mensen hebben niet genoeg geld voor hun

welvaart

basisbehoeften

armoede

In welk continent zijn de meeste ontwikkelingslanden?

1. Europa
2. Noord Amerika
3. Oceanië
4. Afrika

Welkantwoord hoort bij slechte levensomstandigheden?

1. dagelijks in de file staan
2. één auto per gezin
3. kinderen gaan niet naar school
4. ziekenhuis in een andere stad

Landbouw

Industrie

Diensten

Kapper

Boer

Schoenenfabriek

Brandweerman

Advocaat

Kippenboer

Kassen

Docent

Wat is de beroepsbevolking?

1. Alle mensen die een beroep hebben.
2. Alle mensen die werk zoeken.
3. Alle mensen die werken.
4. Alle mensen die werken of op zoek zijn naar werk.

Regionale ongelijkheid staat voor het verschil tussen arm en rijk binnen een...

1. Werelddeel
2. Provincie
3. Land
4. Gemeente

Welke vraag heb jij over hoofdstuk 1:
1.1 t/m 1.4?