bs 1.3 het ademhalingsstelsel

bs 1.3 het ademhalingsstelsel
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

bs 1.3 het ademhalingsstelsel

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Verslikken
Huig en strotklepje zorgt ervoor dat het eten niet in je neusholte of luchtpijp komt.

Als het mis gaat sluit je huig/strotklepje niet goed af

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

0

Slide 13 - Vidéo

0

Slide 14 - Vidéo

0

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

0

Slide 19 - Vidéo

De luchtpijp vertakt zich in
A
bronchiën
B
longblaasjes
C
luchtpijpvaten
D
luchtpijptakjes

Slide 20 - Quiz

Wat ligt er in je strottenhoofd?
A
Speekselklieren
B
Stembanden
C
Huig
D
Amandelen

Slide 21 - Quiz

De huig zorgt er voor dat....?
A
er geen voedsel in je luchtpijp komt.
B
je stembanden gaan trillen
C
je voedsel door je keelgat wordt geduwd
D
er geen voedsel in je neus terecht komt

Slide 22 - Quiz

Je kunt beter ademhalen door je neus omdat
A
de lucht dan wordt verwarmd
B
je meer lucht in 1 keer binnen krijgt
C
de lucht droger blijft
D
de lucht dan sneller bij je longen komt

Slide 23 - Quiz

Waarom kan er snel gaswisseling plaatsvinden in de longen?

A
de wand van de luchtpijp is erg dun
B
er zit een laagje slijm in de longblaasjes
C
Het oppervlak van de longblaasjes is groot
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 24 - Quiz

Wat gebeurt er bij diffusie?
A
deeltjes trekken elkaar aan
B
deeltjes verspreiden zich zo goed mogelijk
C
deeltjes verplaatsen zich door een celwand
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 25 - Quiz

1. Om elk longblaasje liggen
longhaarvaten

2. Er kan vloeistof door de dunne
wanden van de longblaasjes en
longhaarvaten
A
beide waar
B
beide niet waar
C
1: waar 2: niet waar
D
1: niet waar 2: waar

Slide 26 - Quiz

strottenhoofd
bronchiën
longblaasjes
keelholte
luchtpijp
neusholte
longen

Slide 27 - Question de remorquage

longblaasjes
longen
brochiën
brochiolen
luchtpijp

Slide 28 - Question de remorquage

Rode bloedcellen geven ....................................Af.
Rode bloedcellen nemen...................op.
Dit noemen we.............................in de long.
Zuurstofrijk bloed wordt vervolgens naar alle.....................vervoerd.
De koolstofdioxide verlaat het lichaam via de..........................
Zuurstof
Longen
Koolstofdioxide
Lichaamsdelen
Gaswisseling

Slide 29 - Question de remorquage

huiswerk
 donderdag: maken opdracht 15-19
maandag: so bs 1,2 en 3

Slide 30 - Diapositive