5.5 Gaswisseling, opname en transport bij planten dl2

Nectar H5 Planten
Deze les: 
- §5.5 Gaswisseling, opname en transport bij planten dl2
- Uitleg en zelf afmaken

Huiswerk: 
- §5.5 lezen en maken opdrachten 
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Nectar H5 Planten
Deze les: 
- §5.5 Gaswisseling, opname en transport bij planten dl2
- Uitleg en zelf afmaken

Huiswerk: 
- §5.5 lezen en maken opdrachten 

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen §5.4
  1. Je legt uit hoe fotosynthese de basis vormt voor voortgezette assimilatie en dissimilatie bij planten.
  2. Je herkent de voorwaarden voor het fotosyntheseproces.  
  3. Je vergelijkt bruto- en nettoproductie bij planten en benoemt de samenhang tussen hun assimilatie- en dissimilatieprocessen.

Slide 2 - Diapositive

Planten gebruiken glucose als...
A
Brandstof
B
Bouwstof
C
Brandstof en bouwstof

Slide 3 - Quiz

Via de huidmondjes van het blad kunnen zuurstof en koolstofdioxide de plant in en uit
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Welke formule voor fotosynthese klopt?
A
6 O2+ 6 H2O-> lichtenergie + C6H12O6 + 6 CO2
B
6 CO2 + 6 H2O -> lichtenergie + C6H12O6 + 6 O2
C
6 CO2 + 6 H2O + lichtenergie -> C6H12O6 + 6 O2
D
6 O2+ 6 H2O + lichtenergie -> C6H12O6 + 6 CO2

Slide 5 - Quiz

Wat houdt voortgezette assimilatie in?

Slide 6 - Question ouverte

Aanwezigheid van zonlicht is de enige mogelijk beperkende factor bij fotosynthese
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

De nettoproductie houdt in: alle glucose die...
A
...een plant produceert
B
...een plant produceert en zelf gebruikt
C
...een plant produceert + die een plant niet zelf gebruikt
D
...een plant produceert zonder de glucose die hij opneemt

Slide 8 - Quiz

Hoe groot is de O2 productie door fotosynthese bij verlichtingssterkte R ?

A
0,25
B
0,50
C
0,75

Slide 9 - Quiz

Producenten staan aan de basis van elke voedselketen!

Slide 10 - Diapositive

Hoe kan het water vanuit de grond bovenin een metershoge boom komen!?

Slide 11 - Diapositive

Leerdoelen §5.5
  1. Je beschrijft de gaswisseling bij planten en legt uit hoe planten hun waterbalans onder verschillende omstandigheden handhaven. 
  2. Je beschrijft hoe planten water en voedingszouten in plantenwortels opnemen en transporteren. 
  3. Je vergelijkt de transportroute van planten voor water en mineralen met de sapstromen voor organische stoffen. 

Slide 12 - Diapositive

Water en mineralen - verdamping
Verdamping zorgt voor een aanzuigende werking en levert een groot deel van de kracht die nodig is om water omhoog te pompen in een boom.

Slide 13 - Diapositive

Houtvaten
  • vervoeren water en mineralen
  • van wortel naar blad

water omhoog gepompt door: worteldruk, capillaire werking, verdamping

Slide 14 - Diapositive

Transport in houtvaten

Transport van water en mineralen vanaf wortels omhoog

-> stuwende kracht door:

  • verdamping via huidmondjes zorgt voor zuigkracht
  • capillaire werking, doordat het nauwe vaten zijn en het water als een 'draad' omhoog gaat via adhesie/cohesie
  • worteldruk: nitraat en fosfaat actief opgenomen, hierdoor hogere osmotische waarde, die water uit bodem trekt

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Bastvaten
  • vervoeren water en organische stoffen (sacharose) 
  • van blad naar de rest van de plant

waterdruk door osmose

Slide 18 - Diapositive

Bij te veel waterverlies
woestijnplant
Kleine bladeren, groene stengel, haren, overdag huidmondjes sluiten

   alle planten
huidmondjes sluiten
Gevolg?

Slide 19 - Diapositive

Wat ga je doen?
  1. Lezen tekst op pagina 170 t/m 173 + bestuderen bron 19
  2. Maken opdracht 74, 75, 78, 80, 82 van §5.5

Tijd over?
Nakijken!
timer
10:00

Slide 20 - Diapositive

Wortelharen nemen mineralen uit de bodem op in de cel. De concentratie in de cel is hoger dan in de bodem. Dit is een voorbeeld van
A
diffusie
B
osmose
C
actief transport
D
passief transport

Slide 21 - Quiz

Osmose: (A) beweegt altijd naar de plek met de (B) opgeloste stoffen.

A
A:water B: meest
B
A:water B:minste
C
A:opgeloste stoffen B:meeste
D
A:opgeloste stoffen B:minste

Slide 22 - Quiz

Stroming in de houtvaten gaat altijd
A
omhoog
B
omlaag
C
in beiden richtingen

Slide 23 - Quiz

Door welke 3 krachten wordt water in een plant omhoog getransporteerd?

Slide 24 - Question ouverte

In de bastvaten is de richting van de sapstroom afhankelijk van de plaats waar de suikers nodig zijn. Noem een situatie waarbij de sapstroom omhoog gaat en een waarbij deze omlaag gaat.

Slide 25 - Question ouverte

Leerdoelen §5.5
  1. Je beschrijft de gaswisseling bij planten en legt uit hoe planten hun waterbalans onder verschillende omstandigheden handhaven. 
  2. Je beschrijft hoe planten water en voedingszouten in plantenwortels opnemen en transporteren. 
  3. Je vergelijkt de transportroute van planten voor water en mineralen met de sapstromen voor organische stoffen. 

Slide 26 - Diapositive